Onderhoud
9. Druk nog een proefpagina af en herhaal het proces dan tot u klaar bent met de
registratiecorrecties.
10. Druk op Home om terug te keren naar het beginscherm.
K K l l e e u u r r k k a a l l i i b b r r a a t t i i e e
Gebruik Kleurkalibratie voor het aanpassen van kleuren die incorrect lijken, of voor samengestelde
grijstinten die er neutraal uitzien.
Een kleurkalibratie uitvoeren:
1. Druk op het bedieningspaneel van de printer op de toets Home.
2. Raak Apparaat→Ondersteuning→Kleurkalibratie aan.
3. Om een scherm te selecteren dat u voor uw kalibratie gaat gebruiken, raakt u Rastertype aan
en selecteert u een optie.
• Om kleurtinten voor kopieeropdrachten te optimaliseren, raakt u Kopieeropdracht aan.
• Om kleurtinten voor afdrukopdrachten met standaard kwaliteit te optimaliseren, raakt u
Afdrukopdracht 1 aan.
• Om kleurtinten voor afdrukopdrachten met verbeterde kwaliteit te optimaliseren, raakt u
Afdrukopdracht 2 aan.
4. Als u een doelopdrachttype voor uw kalibratie wilt selecteren, raakt u Doel aan en selecteert u
het type uitvoer dat u wilt laten kalibreren.
• Om alleen kleuren voor kopieeropdrachten te optimaliseren, raakt u Alleen
kopieeropdrachten aan.
• Om alleen kleuren voor afdrukopdrachten te optimaliseren, raakt u Alleen
afdrukopdrachten aan.
• Om de kleuren voor zowel kopieer- als afdrukopdrachten te optimaliseren, raakt u Kopieer-
en afdrukopdrachten aan.
• Als er geen aanpassing nodig is, raakt u Geen aan.
5. Als u de papierlade voor de bron wilt selecteren, raakt u Papiertoevoer aan en vervolgens de
gewenste lade.
6. Om met de kleurkalibratie te beginnen, raakt u Start aan. Volg de instructies op het scherm.
7. Als u klaar bent, raakt u Sluiten aan.
8. Raak X aan om het menu te verlaten.
9. Druk op de toets Home om terug te keren naar het beginscherm.
E E e e n n g g e e a a v v a a n n c c e e e e r r d d e e k k l l e e u u r r k k a a l l i i b b r r a a t t i i e e u u i i t t v v o o e e r r e e n n
1. Druk op het bedieningspaneel van de printer op de toets Home.
2. Meld u aan als beheerder. Zie voor meer informatie de System Administrator Guide
(Handleiding voor de systeembeheerder) in www.xerox.com/office/VLC70XXdocs.
3. Selecteer Apparaat→Ondersteuning→Kleurkalibratie - Geavanceerd.
4. Om een scherm te selecteren dat u voor uw kalibratie gaat gebruiken, raakt u Rastertype aan
en selecteert u een optie.
• Om kleurtinten voor kopieeropdrachten te optimaliseren, raakt u Kopieeropdracht aan.
• Om kleurtinten voor afdrukopdrachten met standaard kwaliteit te optimaliseren, raakt u
Afdrukopdracht 1 aan.
• Om kleurtinten voor afdrukopdrachten met verbeterde kwaliteit te optimaliseren, raakt u
Afdrukopdracht 2 aan.
198
Xerox
VersaLink
®
Handleiding voor de gebruiker
C70XX multifunctionele kleurenprinter
®