Belangrijk: Zorg ervoor dat de ribbels op de riem
goed in de groeven van de poelies zitten en dat de
riem zich in het midden van de spanpoelie bevindt.
2. Druk de spanpoelie omlaag om te controleren of het
geheel vrij kan draaien.
De montage voltooien
1. Controleer de uitlijning van de riem/poelies als volgt:
Opmerking: De riem moet de juiste spanning
hebben voordat u de uitlijning controleert.
•
Leg een richtliniaal langs het buitenvlak van de
aandrijfpoelie
over beide poelies.
•
De buitenvlakken van de aandrijfpoelie en de
aangedreven poelie moeten op één lijn staan, met
een maximale speling van 0,76 mm.
•
Als de poelies niet uitgelijnd zijn: zie
van de poelies controleren (bladz.
•
Als de poelies op één lijn staan, gaat u verder met
de installatie.
•
Gebruik de spanpoelie niet om de uitlijning te
controleren.
Belangrijk: De riem kan het voortijdig
begeven als de poelies niet goed zijn uitgelijnd.
2. Schuif de riemkap over de montagebouten en bevestig
deze met 2 flensmoeren
Belangrijk: Draai de moeren niet te vast om
schade aan de klep te voorkomen.
(Figuur
15). Leg de richtliniaal niet
De uitlijning
11).
Figuur 15
(Figuur
16).
1. Riemkap
2. Stelschroef gemonteerd
3. Stelschroef verwijderd
3. Smeer de smeernippels op de beide lagerbehuizingen
van de rolborstels met nr. 2 vet op basis van lithium
(Figuur
17).
Opmerking: Veeg eventueel overtollig vet weg, met
name rond de afdichtingen.
De borstel voor hoge
maaihoogte monteren
(optioneel)
Monteer de borstel voor hoge maaihoogte (wordt afzonderlijk
verkocht) als de maaihoogte 2,5 cm of meer bedraagt (5 of
meer afstandsstukken gemonteerd onder de zijplaat).
1. Als er een rolborstel is geplaatst op het maaidek,
verwijdert u de 2 bouten, ringen en moeren waarmee
de lagerbehuizing van de niet-aangedreven zijde is
bevestigd aan de montagebeugel van de lagerbehuizing
(Figuur
18) en
(Figuur
9
Figuur 16
Figuur 17
19).