(→ Pagina 13) zolang geladen, tot het signaal op de ingang
van de warmtepomp weer daalt.
7.6
Warmwatercircuit
7.6.1
Boiler instellen
Installateurniveau → Systeemconfig. → Warmwatercircuit
→ Boiler
–
Met deze functie kunt u een boiler voor het warmwatercir-
cuit activeren of deactiveren.
Als een boiler in de CV-installatie is geïnstalleerd, moet de
instelling altijd op actief ingesteld zijn.
7.6.2
Modus voor warmwatercircuit instellen
Installateurniveau → Systeemconfig. → Warmwatercircuit
→ Modus WW → uit
Installateurniveau → Systeemconfig. → Warmwatercircuit
→ Modus WW → Auto
Installateurniveau → Systeemconfig. → Warmwatercircuit
→ Modus WW → Dag
–
Met deze functie kunt u de modus voor het warmwatercir-
cuit instellen.
De uitvoerige functiebeschrijving voor de functie Modus
vindt u in de gebruiksaanwijzing van de systeemthermostaat.
7.6.3
Gewenste boilertemperatuur instellen
(warm water)
Gevaar!
Levensgevaar door legionellabacteriën!
Legionellabacteriën ontwikkelen zich bij tem-
peraturen onder 60 °C.
▶
Zorg ervoor dat de gebruiker alle maatre-
gelen voor de legionellabeveiliging kent
om de geldende voorschriften voor het
voorkomen van legionellabacteriën te ver-
vullen.
Installateurniveau → Systeemconfig. → Warmwatercircuit
→ Warm water
–
Met deze functie kunt u de gewenste temperatuur (Warm
water) voor een aangesloten warmwaterboiler vastleg-
gen. Stel aan de systeemthermostaat de gewenste tem-
peratuur zo in dat de warmtebehoefte van de exploitant
net gedekt wordt.
► Neem de geldende aanwijzingen m.b.t. de preventie tegen
legionellabacteriën in acht.
7.6.4
Werkelijke temperatuur van de boiler
aflezen
Installateurniveau → Systeemconfig. → Warmwatercircuit
→ Werk. boilertemp.
–
Met deze functie kunt u de gemeten boilertemperatuur
aflezen.
7.6.5
Status van de boilerlaadpomp aflezen
Installateurniveau → Systeemconfig. → Warmwatercircuit
→ Boilerlaadpomp
0020243678_01 MiPro R Installatiehandleiding
Bedienings- en weergavefuncties 7
–
Met deze functie kunt u de status van de boilerlaadpomp
(aan, uit) aflezen.
7.6.6
Gewenste aanvoertemperatuur van het
warmwatercircuit aflezen
Installateurniveau → Systeemconfig. → Warmwatercircuit
→ Gew. aanvoertemp.
–
Met deze functie kunt u de gewenste aanvoertempera-
tuur van warmwatercircuit aflezen.
7.6.7
Status van de circulatiepomp aflezen
Installateurniveau → Systeemconfig. → Warmwatercircuit
→ Circulatiepomp
–
Met deze functie kunt u de status van de circulatiepomp
(aan, uit) aflezen.
7.7
Buffervat
7.7.1
Boilertemperatuur boven in de buffertank
aflezen
Installateurniveau → Systeemconfig. → Buffertank → Boi-
lertemp. boven
–
Met deze functie kunt u de werkelijke temperatuur in het
bovenste gedeelte van de buffertank aflezen.
7.7.2
Boilertemperatuur beneden in de buffertank
aflezen
Installateurniveau → Systeemconfig. → Buffertank → Boi-
lertemp. onder
–
Met deze functie kunt u de werkelijke temperatuur in het
onderste gedeelte van de buffertank aflezen.
7.8
CV 1
U kunt het CV-circuit gebruiken voor verschillende functio-
naliteiten (CV-circuit, poolcircuit, vaste waarde-circuit etc.).
Het display geeft alleen de functies weer, die u nodig hebt
voor het gebruik van het CV-circuit. In het overzicht kunt u
de functies vinden, die u bij uw configuratie kunt instellen of
aflezen.
Functies voor het CV-circuit (→ Pagina 32)
7.8.1
Soort circuit instellen
Installateurniveau → Systeemconfig. → CV-CIRC1 → Soort
circuit
–
Met deze functie kunt u vastleggen, welke functionaliteit
het CV-circuit moet krijgen.
Het eerste CV-circuit in de CV-installatie heeft de fabrieksin-
stelling Verw.. Alle verdere CV-circuits hebben de fabrieksin-
stelling inactief, die u evt. moet activeren.
inactief: het CV-circuit wordt niet gebruikt.
Verw.: het CV-circuit wordt gebruikt om te verwarmen en
is weersafhankelijk geregeld. Afhankelijk van het systeem-
schema kan het CV-circuit een mengklepcircuit of een direct
circuit zijn.
Zwembad: het CV-circuit wordt als poolcircuit gebruikt. U
kunt de externe zwembadthermostaat aansluiten op de in-
gang DEM1 tot DEMx van de RED‑3. Als de klemmen op
de ingang kortgesloten zijn, is er geen warmtevraag. Als de
klemmen op de ingang open zijn, is er geen warmtevraag.
15