11.1 Overzicht van de waterhardheidsinstellingen
Hier vindt u een overzicht van de instelbare waterhardheidswaarden.
U kunt de waterhardheid opvragen bij uw plaatselijke waterbedrijf of vaststellen
met een waterhardheidtester.
Water-
Hard-
hard-
heidsbe-
heids-
reik
waarde
°dH
0 - 6
zacht
7 - 16
gemid-
deld
17 - 21
hard
22 - 35
hard
Opmerking: Stel het apparaat in op
de vastgestelde waterhardheid.
→ "Waterontharding instellen",
Pagina 29
Bij een waterhardheid van 0 - 6 °dH
hoeft u geen onthardingszout te ge-
bruiken en kunt u de waterontharding
uitschakelen.
→ "Waterontharding uitschakelen",
Pagina 30
11.2 Waterontharding instel-
len
Stel het apparaat in op de waterhard-
heid.
De waterhardheid en de gewenste
1.
instelwaarde vaststellen.
→ "Overzicht van de waterhard-
heidsinstellingen", Pagina 29
Op
drukken.
2.
Op
en
3.
toetsen ingedrukt houden tot
knipperen.
Toetsen loslaten.
4.
Net zo vaak op
5.
gewenste stand is ingesteld.
mmol/l
0 - 1,1
1,2 - 2,9
3,0 - 3,7
3,8 - 6,2
drukken en deze
drukken tot de
Stand
Led A
→ Pagina 18
0
1
2
3
Afhankelijk van de stand branden
0, 1, 2 of 3 leds.
→ "Overzicht van de waterhard-
heidsinstellingen", Pagina 29
De fabrieksinstelling is stand 1 (led
A → Pagina 18).
Op
6.
op te slaan.
a De leds doven.
11.3 Onthardingszout
Met onthardingszout kunt u het water
ontharden.
Onthardingszout vullen
Als de indicatie onthardingszout bij-
vullen brandt, vult u het onthardings-
zout in het reservoir voor onthar-
dingszout direct voor de program-
mastart bij. De benodigde hoeveel-
heid onthardingszout is afhankelijk
van de waterhardheid. Hoe hoger de
en
waterhardheid, des te groter de be-
nodigde hoeveelheid onthardings-
zout.
Waterontharding nl
Led B
Led C
→ Pagina 18
→ Pagina 18
drukken om de instelling
29