L
-
A R G O
I N S TA L L AT I E H A N D L E I D I N G
10. Oplevering
U dient de gebruiker vertrouwd te maken met het toestel. U dient haar/hem te instrueren over onder meer de inge-
bruikname, de werking en de afstandsbediening, het jaarlijkse onderhoud.
Let op - Laat de gebruiker bij storingen/slecht functioneren onmiddellijk de gaskraan sluiten en contact opnemen met de
installateur ter voorkoming van onveilige situaties;
- Wijs de gaskraan aan.
➠
Instrueer de gebruiker over het toestel en de afstandsbediening.
➠
Wijs er bij ingebruikname op, dat
- als de boezem van steenachtige materialen is gemaakt of is afgewerkt met stucwerk dient deze minimaal 6 weken
te drogen vóór ingebruikname, dit ter voorkoming van scheuren;
- bij de eerste keer stoken vluchtige componenten uitdampen uit verf, materialen e.d.;
- bij het uitdampen het toestel bij voorkeur op de hoogste stand wordt gezet;
- de ruimte goed wordt geventileerd.
➠
Overhandig de gebruiker de gebruikshandleiding én de installatiehandleiding (de installatiehandleiding dient bij het
toestel bewaard te blijven).
11.
Storingen
In de onderstaande tabel vindt u een overzicht van storingen die kunnen optreden, de mogelijke oorzaak en de oplossing.
Probleem
A. Geen transmissie
(motor draait niet)
B. Geen ontsteking (vonk)
C. Geen geluidssignaal
D. Eén doorlopend geluids-
signaal van 5 sec.
(Mogelijk zijn er 7 korte
piepen vóór het 5 sec.
geluidssignaal)
95900902NL Install_NL.indd 19
95900902NL Install_NL.indd 19
Tabel 3: diagnose van storingen
Mogelijke oorzaak
1. De (nieuwe) communicatie code
tussen ontvanger en afstands-
bediening moet nog bevestigd
worden.
2. Lege batterijen.
3. Ontvanger beschadigd.
4. Afstandsbediening beschadigd.
5. Motorkabel bij de klep gebroken.
6. Kromme pennen van de 8-
draadsconnector.
7. Wanneer de ontvanger is om-
geven door metaal, kan dit het
zendbereik verminderen.
1. Knop A in MAN stand.
2. Ontstekingskabel ligt over en/of
langs metalen delen.
3. Ontsteking gecorrodeerd
1. Ontvanger beschadigd.
1. Losse bedrading
2. Ontvanger beschadigd.
3. Kromme pennen van de 8-
draadsconnector.
4. Magneetklep beschadigd
Oplossing
1. Houd het resetknopje van de ontvanger inge-
drukt totdat u 2 geluidssignalen hoort. Laat na
het tweede, langere geluidssignaal de resetknop
los en druk binnen 20 sec. op knop
afstandsbediening, totdat u een extra lang geluids-
signaal hoort, dat de instelling van de nieuwe code
bevestigt; zie
Foto 17
2. Vervang de batterijen.
!Let op Voorkom kortsluiting tussen de batterijen en
metalen delen van het toestel.
3. Vervang de ontvanger en bevestig / wijzig de code
(oplossing 1)
4. Vervang de afstandsbediening en bevestig / wijzig
de code (oplossing 1).
5. Vervang de motorkabel bij de klep.
6. Zorg dat de pennen van de 8-draadsconnector
recht staan.
7. Verander de stand van de antenne.
1. Zet knop A op gasregelblok op ON; zie
2. Leg de ontstekingskabel niet over en/of langs
metalen delen. Dit verzwakt de vonk; zie
Vervang zonodig de ontstekingskabel
3. Vervang de ontstekingspen
1. Vervang de ontvanger en bevestig / wijzig de code
(oplossing 1 bij A).
1. Sluit de bedrading goed aan
2. Vervang de ontvanger en bevestig / wijzig de code
(oplossing 1 bij A).
3. Zorg dat de pennen van de 8-draads connector
recht staan.
4. Vervang het gasregelblok.
/▼ op de
Foto 16
Foto 16
19
NL
02-12-2008 15:32:35
02-12-2008 15:32:35