Specifieke sluitertijden (Modus [Tv])
Stel de gewenste sluitertijd in voordat u met het opnemen begint. Op
de camera wordt de diafragmawaarde automatisch aangepast aan de
ingestelde sluitertijd.
Zie "Sluitertijd"
(=
178) voor informatie over de beschikbare sluitertijden.
1
Open de modus [M].
z
z
Stel het programmakeuzewiel in op [M].
2
Stel de sluitertijd in.
z
z
Draai aan de ring <y> om de sluitertijd in
te stellen.
•
Bij sluitertijden van 1,3 seconde of langere sluitertijden treedt een
vertraging op voordat u opnieuw een foto kunt maken, aangezien de
beelden worden verwerkt om ruis te verwijderen.
•
Stel [IS modus] in op [Uit] wanneer u een langere sluitertijd gebruikt
en opnamen maakt met een statief
•
Als de instellingen anders zijn dan de standaard
belichtingsinstellingen wanneer u de ontspanknop half indrukt,
worden de diafragmawaarden oranje weergegeven. Pas de
sluitertijd aan totdat de diafragmawaarde wit wordt weergegeven.
U kunt ook Safety Shift gebruiken
•
[M]: tijdwaarde
•
U kunt de camera ook zo instellen dat u door de knop <7> te draaien de
sluitertijd wijzigt
(=
83).
Foto's
(=
79).
(=
81).
Specifieke diafragmawaarden
(Modus [Av])
Stel de gewenste diafragmawaarde in voordat u begint met opnemen. Op
de camera wordt de sluitertijd automatisch aangepast aan de ingestelde
diafragmawaarde.
Zie "Diafragma"
(=
178) voor informatie over de beschikbare
diafragmawaarden.
1
Open de modus [B].
z
z
Stel het programmakeuzewiel in op [B].
2
Stel de diafragmawaarde in.
z
z
Draai de ring <y> om de
diafragmawaarde in te stellen.
•
Als de instellingen anders zijn dan de standaard
belichtingsinstellingen wanneer u de ontspanknop half
indrukt, worden de sluitertijden oranje weergegeven. Pas de
diafragmawaarde aan totdat de sluitertijd wit wordt weergegeven.
U kunt ook Safety Shift gebruiken (zie hieronder).
•
[B]: diafragmawaarde (de grootte van de irisopening in de lens)
•
Om belichtingsproblemen in de modus [M] en [B] te voorkomen kan de
sluitertijd of diafragmawaarde van de camera automatisch worden aangepast,
zelfs wanneer de standaardbelichting niet op een andere manier kan worden
verkregen. Druk op de knop <n> en stel [Safety Shift] op het tabblad [4]
in op [Aan]
(=
25).
Safety Shift is echter uitgeschakeld wanneer de flitser flitst.
•
U kunt de camera ook zo instellen dat u door de knop <7> te draaien de
diafragmawaarde wijzigt
(=
83).
Voorblad
Foto's
Vóór gebruik
Algemene
bediening camera
Basishandleiding
Handleiding voor
gevorderden
1
Basishandelingen
van de camera
2
Auto-modus
3
Andere
opnamemodi
4
P-modus
5
Tv-, Av- en
M-modus
6
Afspeelmodus
7
Wi-Fi-functies
8
Menu
Instellingen
9
Accessoires
10
Bijlage
Index
81