5-18
Voor deze procedure zijn minimaal twee personen nodig.
1. Verbind de twee delen van de M-box (zie afbeelding 27 op pagina 5-
19).
2. Bevestig een M8×45 bout (1), een sluitring (2) en een dopmoer (3)
zowel aan de boven- als onderkant.
3. Verwijder de twee bouten (1), sluitringen (2, 5), de bussen (3, 4) en de
dopmoeren (6) van het M-box scharnier (zie afbeelding 28 op pagina
5-20).
4. Monteer de kleine sluitringen (2) en de stalen bussen (3) op de twee
bouten (1).
5. Installeer de M-box losjes tussen de zijhekken met de twee bouten
met sluitringen (1, 2), de bussen (3, 4), de grote sluitringen (5) en de
dopmoeren (6).
6. Bepaal de montageposities van de vier klemmen (4) (zie afbeelding 29
op pagina 5-21) op de M-box.
7. Bevestig de vier beugels (4) losjes op de M-box met bouten (6),
sluitringen (3, 5) en moeren (2).
8. Plaats de beugel (1) in de vier klemmen (4). Controleer of de beugel
volledig verzonken is in de klemmen.
9. Draai de bouten (6) op de vier klemmen vast. Zorg ervoor dat er geen
speling is op de verbindingen.
10. Plaats de beugel (3) (zie afbeelding 31 op pagina 5-22) op het
achterportaal.
11. Monteer de beugel op het achterportaal met de pijpklemmen (7), de
slotbout (1), de plaat (5) en de dopmoer (6). Zet de pijpklemmen vast
met moeren en dopmoeren.
12. Leid de sensorkabels in de besturingskast door de buis van de beugel.
13. Installeer de sensoren (2, 4). Zorg ervoor dat:
•
de sensoren zo zijn gemonteerd, dat de sensorlampjes te zien zijn
door de sleuven in de beugel.
•
de bovenkant van de sensor (oranje vlak) vlak aanligt met de
borgmoer om te voorkomen dat deze tijdens bedrijf beschadigd
kan raken.
de kabels niet los buiten de beugel hangen.
•
•
de kabels niet bekneld kunnen raken.
•
de sensors zijn verbonden met de connector J603 op de ADS3830-
printplaat (In5 (op), In6 (neer), aarde en 24 V).
14. Monteer de afdekplaten (4) (zie afbeelding 32 op pagina 5-23) met
de bouten (2) en moeren (5).
15. Plaats het ventiel perslucht AAN/UIT (3) in het gat van de
afdekplaten.
INSTALLATIE