Inbedrijfstelling
6.2.4 Noodstopbekabeling
Controle van de externe noodstopschakelaar en het noodstopcircuit.
6.2.5 Instelwaarden van thermostaten en hygrostaat
In het apparaat bevinden zich instelbare thermostaten voor de besturing van de
schakelkastventilatoren en de uitschakeling bij overtemperatuur. De besturing van de verwarming
vindt plaats via een instelbare hygrostaat. Alle thermostaten en de hygrostaat zijn bij levering
vooringesteld.
Controle van de instellingen van de thermostaten en de hygrostaten
De instellingen vergelijken met de gegevens in het schakeschema. Bij afwijkingen de
waarden instellen die in het schakelschema worden weergegeven.
6.3 Inschakelen
Als alle tests en metingen zijn verricht, en alle gemeten waarden binnen het toegestane bereik liggen,
kan het apparaat voor het eerst worden ingeschakeld.
1. DC-zekeringen (wordt bij de Sunny Central 500HE en 560HE in de externe Sunny Main Box
uitgevoerd) met het meegeleverde zekeringshandvat in de zekeringshouders drukken.
2. Alle aardlekschakelaars en motorbeveiligingschakelaars in de omvormer Sunny Central in
bedrijf stellen.
De omvormer is nu AC- en DC-zijdig compleet aangesloten en kan met behulp van de
sleutelschakelaar worden ingeschakeld.
3. Alle schakelkastdeuren sluiten en de sleutelschakelaar naar rechts in de stand "Start" draaien.
4. De Sunny Central wordt nu automatisch gestart. Eerst worden de netparameters voor spanning
en frequentie gecontroleerd. Na ca. 20 seconden wordt de motorisch bediende DC-schakelaar
automatisch in werking gezet en wordt de PV-generator ingeschakeld.
78
SC125_560HE-INL083220
SMA Solar Technology AG
Installatieaanwijzing