NL
3.2.4 Rijden
WAARSCHUWING
• Gebruik nooit beide kanten van de snelheidshendel tegelijkertijd. Dit kan ervoor zorgen dat u
de scooter niet onder controle kan houden.
• Deze paragraaf is een eerste kennismaking met het rijden. Lees eerst de hele handleiding
vooraleer u echt een rit gaat maken.
• Tijdens gebruik wordt het oppervlak van de controller lichtjes warm.
Bedieningshendel (7)
(vooruit rijden)
Bedieningshendel (5)
(achteruit rijden)
Snelheidsregelaar (8)
Drukknop voor claxon (4)
Rijden in bochten en rond hoeken
WAARSCHUWING
• Minder uw snelheid vooraleer een bocht te nemen.
• Houd steeds voldoende zijdelingse afstand van hoeken en hindernissen.
• Neem geen S-bochten en maak geen onregelmatige bochten met uw voertuig.
Om hoeken en bochten te nemen, draait u het stuur met beide handen in de gewenste richting.
Let er bij bochten en hoeken altijd op dat er voldoende plaats is om de bocht of hoek te nemen.
Smalle doorgangen moeten bij voorkeur benaderd worden met een grote bocht zodat u het
smalste deel van de doorgang vrijwel recht kan nemen. Denk eraan dat uw scooter achteraan
meestal breder is dan vooraan.
Achterwaarts rijden
De snelheid bij het achterwaarts rijden wordt automatisch verlaagd in vergelijking met voorwaarts
rijden. We raden ook aan om de laagste snelheidsinstelling te gebruiken wanneer u achterwaarts
rijdt.
Denk eraan dat de stuurrichting bij het achterwaarts rijden tegenovergesteld is dan bij voorwaarts
rijden en dat uw scooter in de tegenovergestelde richting zal draaien.
De claxon zal piepen terwijl de scooter achteruit rijdt.
Gevaar voor letsel
Om de beweging naar VOOR te starten of te stoppen.
De beweging start zodra je de hendel lichtjes met de vingers naar je
toe trekt. Hoe meer de hendel ingedrukt wordt, hoe sneller de scooter
gaat (tot de maximaal ingestelde snelheid). Als de hendel losgelaten
wordt komt de elektromagnetische rem in. De scooter stopt
onmiddellijk.
Om de beweging naar ACHTER te starten of te stoppen.
De beweging start zodra je de hendel lichtjes met de vingers naar je
toe trekt. Hoe meer de hendel ingedrukt wordt, hoe sneller de scooter
gaat (tot 50% van de maximale ingestelde snelheid). Als de hendel
losgelaten wordt, komt de elektromagnetische rem in. De scooter
stopt onmiddellijk.
Draai
de
snelheidsinstelling te verhogen. Draai de knop in tegenwijzerzin om
de maximale snelheidsinstelling te verlagen.
Druk op de knop (4) om omstaanders te waarschuwen via de claxon.
Gevaar voor letsel door kantelen
instelknop
(8)
in
wijzerzin
12
Sedna
2023-05
Uw scooter gebruiken
om
de
maximale