Opmerking:
resulteren in een afdrukkwaliteitsprobleem, vooral met afdrukmodi van meer dan 8 passes.
Aanpassen substraat advance tijdens het afdrukken
Als u niet meer dan zes passes gebruikt, kunt u de substraat doorvoer bijstellen tijdens het afdrukken: tap voor ,
dan Aanpassingen
+10 mm/m (of mils/inch). Voor het corrigeren van lichte ingen verlaagt u de waarde. Verhoog de waarde om
donkere banding te corrigeren.
Wanneer u acht of meer passeringen gebruikt, produceert een verkeerde advance adjustment geen strijkt maar
korreligheid. Dit is moeilijker visueel vast te stellen. Daarom raden wij u in dit geval aan alleen het wijzigingsplot
te gebruiken.
Wanneer u een waarde hebt gekozen en op OK hebt aangetikt, wordt de rest van de taak afgedrukt met die
waarde, maar deze wordt weer ingesteld op nul aan het einde van de taak. Voeg de gevonden waarde toe
aan de waarde voor Substraatvoortgrond in de voorinstelling om alletoekomstige taken met de nieuwe
instelling.
Wat te doen als er problemen blijven bestaan
Wanneer u na het toepassen van de adviezen in dit hoofdstuk nog steeds problemen hebt met de
afdrukkwaliteit, kunt u enkele van onderstaande tips volgen:
Probeervolledige
●
Selecteer eens een optie voor een hogere afdrukkwaliteit in de RIP-software door het aantal passes te
●
verhogen.
Controleer of u de laatste firmware voor de printer gebruikt. Zie
●
Controleer of u de juiste instellingen in het softwareprogramma gebruikt.
●
Bel uw servicevertegenwoordiger. Zie
●
DEWW
Kleine substraat advance onnauwkeurigheden (±2 rond de waarde 0) zullen waarschijnlijk niet
> Substraat doorvoer aanpassen. Selecteer een wijzigingswaarde van –10 mm/m tot
kalibratie op pagina 104.
Wanneer u hulp nodig hebt op pagina 40.
Firmware update op pagina 225.
147 Statusplot voor printkop