4
1.1 Codes
Het alarmsysteem kan worden bediend vanaf het bediendeel na het invoeren van een code.
Een paar functies kunnen uitgevoerd worden zonder invoeren van een code.
Geef uw code nooit aan andere mensen.
1.1.1 Standaard codes:
Standaard zijn de volgende codes voorgeprogrammeerd in het alarmsysteem:
manager code 30: 1111
service code: 12345
De standaard codes dienen gewijzigd te worden voordat u het alarmsysteem
gaat gebruiken (zie: "Wijzigen eigen code").
1.2 Proximity kaarten
De VERSA-LCDR, VERSA-KWRL2 en VERSA-LCDM-WRL bediendelen hebben een
ingebouwde proximity kaartlezer. U kunt proximity kaarten (tags of andere 125 kHz passieve
transponders) gebruiken om:
– het systeem inschakelen,
– het systeem uit te schakelen en / of alarm te herstellen,
– het aan / uitzetten van apparaten welke op de uitgangen van het alarmsysteem zijn
aangesloten.
De kaartlezer in het draadloze bediendeel wordt actief zodra het bediendeel in de
wake-up mode komt.
1.3 Inschakelen
1.3.1 Inschakelen zonder specifieke blok keuze
Voer uw code in en druk daarna op:
- om volledig in te schakelen,
- om in de dag mode in te schakelen,
- om in de nacht mode in te schakelen.
De blokken waar u toegang tot heeft zullen worden ingeschakeld.
1.3.2 Inschakelen van een specifiek blok
1. Bepaal welk blok ingeschakeld dient te worden (druk op één van de volgende toetsen:
- blok 1;
2. Selecteer een inschakel mode (druk één van de volgende toetsen in:
inschakelen;
De achtergrondverlichting van de toetsen zal gaan knipperen wat betekent dat u uw code
in dient te voeren.
3. Voer uw code in.
4. Druk op de
Indien de snel inschakel procedure beschikbaar is, dan zullen stappen 3 en 4 worden
overgeslagen.
1.3.3 Snel inschakelen
De installateur kan instellen dat u het systeem kunt inschakelen zonder dat een code
ingevoerd hoeft te worden.
- blok 2).
-
dag
toets of nogmaals op dezelfde inschakel mode toets.
VERSA Plus
inschakelen;
- volledig
-
nacht
inschakelen).
SATEL