Als de batterij wordt verwijderd, kunnen alle instellingen of informatie
die op de kaart en in de telefoon is opgeslagen, verloren gaan.
Verwijder de batterij alleen als de telefoon is uitgeschakeld, anders
kunnen er onregelmatigheden optreden.
Batterij installatie
6.2
Koppel de voedingsadapter los. Verwijder het klepje van de batterij en
de SIM-kaart aan de achterkant van de telefoon. Gebruik een
schroevendraaier (of soortgelijk gereedschap) om de vergrendeling
van het deksel voorzichtig te verschuiven.
Sluit de batterij aan en let daarbij op de inkepingen op de stekker en de
poort, de rode kabel moet boven op de telefoon liggen. Leg de batterij
op de rechterkant van de uitsparing en plaats het deksel
terug.
rood
wit
zwart
15