4.1 Oliepeilcontrole voor NOVACAT 261 en
NOVACAT 351
Het oliepeil is correct als de olie tot aan de onderkant
van de vulschroef (63) komt.
OIL LEVEL
TD17/99/10
4.2. Oliepeilcontrole voor NOVACAT 301
Het oliepeil is correct als x= 16 mm.
X is de oliediepte aan de onderrand van de olievulschroef
(63)
OIL LEVEL
169-16-06
5. Olie bijvullen
De ontbrekende hoeveelheid olie bijvullen.
AANWIjZING
Materiële schade - door teveel of te weinig olie.
Teveel olie leidt bij gebruik tot oververhitting van
de maaibalk.
Te weinig olie garandeert niet de nodige smering.
•
Wees nauwkeurig bij het bijvullen van olie!
6. Oliepeil controleren
Controleer het nieuwe oliepeil
2300-NL ONDERHOUD_3751
OnderhOud en reparatie
Olie verversen bij de maaibalk
TIP
•
Olie verversen als deze op bedrijfstempera-
tuur is.
•
De olie is in koude toestand stroperig. Er
blijft dan teveel oude olie aan de tandwielen
hechten en daardoor worden de aanwezige
zwevende deeltjes niet uit de aandrijving
verwijderd.
•
Het kan enige tijd duren voordat alle afge-
werkte olie is weggelopen.
Oliewissel
- Olie verversen na de eerste 50 bedrijfsuren of op zijn
laatst na 100h.
- Maaibalk aan de rechterkant opheffen.
- Olie-aftapplug (62) verwijderen, de afgewerkte olie weg
laten lopen en op een passende manier verwerken.
Hoeveelheid olie:
NOVACAT 261: 2,6 liter SAE 90
NOVACAT 301: 3,0 Liter SAE 90
NOVACAT 351: 3,5 liter SAE 90
Hoektransmissie
- Olie verversen na de eerste 50 bedrijfsuren.
Het oliepeil moet, onder normale omstandigheden,
jaarlijks bijgevuld worden (1 = OIL LEVEL).
-
Verversen ten laatste na 100h.
- 38 -
NL