lET OP
gevaar voor materiële schade door een
m a c h i n e d i e l o s k o m t v a n d e t r a c t o r.
Als de schroef alleen in de houder is vastgezet en het
gat in de pen niet bereikt, is een zijwaartse beweging
van de pen nog steeds mogelijk en kan de maaier
loskomen uit de koppeling.
•
Controleer de vaste verbinding tussen de
schroef (2) en koppelingspen.
- Topstang koppelen en borgen.
gEVAAR
levensgevaar bij niet-aangepaste lengte van de
cardanas
•
Voor de eerste inbedrijfstelling moet de
lengte van de cardanas worden gecontro-
leerd en eventueel worden aangepast.
•
Een tractorwissel geldt als eerste inbedrijf-
stelling.
•
zie hoofdstuk 'Aanpassen cardanas' in
bijlage B.
025-05-04
- Cardanas koppelen.
- De 7-polige stekker van de verlichting op de tractor
aansluiten.
- Afhankelijk van de uitrusting de hydraulische slangen
aansluiten.
- De regellijn in de tractorcabine plaatsen
- Steunpoot omhoog zetten en borgen!
2. Aanbouwframe horizontaal instellen
Aanbouwframe in horizontale positie brengen door de
hydraulische hefarmbalans te verstellen.
- Maaier in de veldtransportpositie zwenken
- Regeleenheid op de tractor bedienen tot het
aanbouwframe horizontaal staat
2000_DE-AnbAu_3776
AAnbouw op de trA
nbouw op de trA
nbouw op de tr
3. Topstang instellen
- Door de topstangspindel (16) te verdraaien wordt de
maaihoogte ingesteld.
TIP
Een hydraulische topstang wordt aanbevolen. (Hiervoor
is een dubbelwerkende regeleenheid nodig.)
4. Veiligheidsklep naar buiten zwenken
na de aanbouw en voor het heffen in veldtransportpositie
moet de veiligheidsklep (1) naar buiten worden gezwenkt
Voorwaarden:
- De schijvenmaaier is correct op de tractor gemonteerd.
- De enkelvoudige hydraulische machine bevindt zich in
de zweefpositie.
1. Hef de hefinrichting van de tractor zover naar boven
dat de veiligheidsklep zich kan bewegen.
2. Zwenk de veiligheidsklep van positie A naar positie B.
- 10 -
NL
ctor