V
3.
oorbereiding van de machine
De machine moet uitsluitend door vakmensen worden voorbereid en geïnstalleerd.
i
Als de machine wordt gebruikt zonder dat alle installatiewerkzaamheden door vakmensen zijn verricht,
kan dit ernstige schade aan het apparaat veroorzaken.
D
4.
e machine aanzetten
4.1 Elektrische verwarming
Voordat u de machine aanzet, verzekert u zich ervan dat het waterpeil in de ketel hoger is dan het minimum dat door
het kijkglas (1) wordt aangeduid. Als er geen water in zit (voor de installatie of na onderhoud van de ketel), moet de
ketel eerst worden gevuld om oververhitting van de weerstand te voorkomen.
Handel als volgt :
• Open het kraantje van de waterleiding en de waterontharder;
• draai de schakelaar op stand "1" (elektrische voeding van de pomp om de ketel auto-
matisch te vullen en van de diensten van de machine) en wacht tot de ketel automatisch
met water is gevuld;
• draai de schakelaar op stand "2" (volledige elektrische voeding inclusief de weerstand
in de ketel) en wacht tot de machine helemaal is verwarmd.
•
tijdens de verwarmingsfase van de machine (ongeveer 20 minuten) komt er gedurende enkele
seconden stoom uit de onderdrukklep tot de klep zelf dichtgaat
•
voordat u de machine gebruikt, verricht u gedurende enkele seconden lege afgiftes met aange-
i
brachte filterhouders, om de eventuele lucht die in het circuit aanwezig kan zijn eruit te laten, zodat
de afgiftegroepen volledig warm kunnen worden
•
voordat u de machine gebruikt, tapt u enkele kopjes koffie af om de maling en de werkdruk van
de machine te controleren.
4.2 Gasverwarming
• Draai de hoofdschakelaar (A) op stand 1;
• open de gaskraan (B) op het gasnet;
• houd knop (C) ingedrukt en druk tegelijkertijd op de inschakelknop
(D). Als de vlam brandt, houdt u knop (C) nog gedurende enkele
seconden ingedrukt, zodat het thermokoppel goed kan werken;
• controleer vervolgens door het kijkglaasje (E) of de vlam is gaan
branden;
• wacht tot de werkdruk die op de manometer is
aangeduid de werkwaarde van 1-1,2 bar heeft bereikt;
(als er een gasinstallatie is)
A
B
0
1
2
E
C
D
13
AL - AEP - SAE