Afstelinstructies
BELANGRIJK: Lees deze gebruikershandleiding
grondig voordat u de maai-eenheid in gebruik neemt.
Nalatigheid in dit verband kan leiden tot
beschadigingen aan de maai-eenheid of een
onbehoorlijke maaikwaliteit.
NB: De aanduidingen rechts en links voor de maai-eenheid
worden bepaald door van achteren naar de achterste roller
voor u te kijken (Afb. 2).
2
Afbeelding 2
1. Gebruiker
2. Rechts
3. Links
Nadat u de maai-eenheid heeft uitgepakt, inspecteert u het
volgende:
1.
Controleer beide uiteinden van de messenkooi op de
aanwezigheid van smeer. Er dient duidelijk zichtbaar
vet aanwezig te zijn in de lagers en openingen van de
as van de messenkooi.
2.
Zorg ervoor dat alle moeren en bouten goed vast
zitten.
3.
Zorg ervoor dat de ophanging van het draagframe vrij
kan bewegen en niet wordt tegengehouden wanneer
deze naar voren en naar achteren wordt bewogen.
HET AFSTELLEN VAN DE
VOORSTE AFDEKPLAAT EN DE
VINNEN
Stel de afdekplaat aan de voorzijde en/of de hoek van de
vin af voor de gewenste uitstoot van de grassnippers.
1.
Plaats de maai-eenheid op een vlak horizontaal
oppervlak.
2.
Om de vinnen af te stellen (Afb. 3), haakt u ze los en
verplaatst u de voorste bevestigingsuitsteeksels in de
schuine of rechte positiegleuf.
1
1. Vin afdekplaat
2. Afdekplaat voorzijde
3. Locatie tapbout vóór
3.
Om de hoek van de afdekplaat te veranderen draait u
3
de tapbout van de flenskop los waarmee de afdekplaat
aan de rechter zijplaat is bevestigd, en vervolgens zet
u de plaat in de gewenste hoek en draait u de schroef
vast.
HET AFSTELLEN VAN DE
ACHTERSTE AFDEKPLAAT
Onder de meeste omstandigheden wordt de beste uitstoot
verkregen als de achterste afdekplaat dicht is (uitstoot
naar voren). Onder zware of natte omstandigheden kan
de achterste afdekplaat worden geopend.
1.
Om de achterste afdekplaat open te zetten (Afb. 4),
draait u de tapbout van de flenskop los waarmee de
afdekplaat aan de linker zijplaat is bevestigd, en
draait u de afdekplaat in de open stand en draait u
de tapbout vast.
1
2
3
Afbeelding 3
7