Als de scanfunctie is geprogrammeerd, kunt u zones of kanalen
scannen door te drukken op de toets die is geprogrammeerd als
Scannen. Scannen kan gebruikt worden als enkelvoudig of
meervoudig scannen.
•
Enkelvoudig scannen controleert alleen de kanalen van de huidig
geselecteerde zone die zijn toegevoegd aan de scanreeks. Als u
prioriteitskanaal scannen hebt ingesteld, zal dit kanaal worden gescand
zelfs als het niet in de huidig geselecteerde zone ligt.
•
Meervoudig scannen controleert alle kanalen van elke zone die zijn
toegevoegd aan de scanreeks.
Om de scanfunctie te activeren, drukt u op de toets die is
geprogrammeerd als Scannen.
•
Het
pictogram en "
verschijnen op het scherm.
•
De zone-toegevoegd indicator (
wanneer de geselecteerde zone is toegevoegd aan de scanreeks. De
zone-toegevoegd indicator (
wanneer het geselecteerde kanaal is toegevoegd aan de scanreeks.
•
Wanneer een oproep wordt ontvangen stopt het scannen en de zone en
kanaalcijfers verschijnen. Druk op de PTT-schakelaar en spreek in de
microfoon om een oproep te beantwoorden. Als de PTT-schakelaar wordt
losgelaten en geen verder signaal wordt ontvangen, zal de zendontvanger
na bepaalde tijd verder gaan met scannen.
Om te stoppen met scannen drukt u nogmaals op de Scannen toets.
A
S
T
AN
CANNEN
Druk op de toets die is geprogrammeerd als Scan verwijderen/
toevoegen om ieder kanaal te verwijderen of toe te voegen van of
aan de scanreeks.
•
De zone-toegevoegd indicator (
wanneer het geselecteerde kanaal is toegevoegd aan de scanreeks.
Druk op de toets die is geprogrammeerd als Scan verwijderen/
toevoegen om iedere zone te verwijderen of toe te voegen van of
aan de scanreeks.
•
De zone-toegevoegd indicator (
wanneer de geselecteerde zone is toegevoegd aan de scanreeks.
CONVENTIONEEL SCANNEN
" of de retourzone en het kanaalnummer
/V
OEVOEGEN
ERWIJDEREN UIT
) verschijnt op het scherm
) verschijnt op het scherm
S
CANNEN
) verschijnt op het scherm
) verschijnt op het scherm
N-19