■ G
EBRUIK VAN DE
•
Laad de batterij voor gebruik op.
•
Om het ontladen van de batterij zoveel mogelijk te beperken, dient u
de batterij uit het apparaat te halen wanneer dit niet in gebruik is.
Bewaar de batterij op een koele en droge plaats.
•
Wanneer u de batterij langere tijd niet gebruikt:
1
Verwijder de batterij uit het apparaat.
2
Ontlaad de batterij, indien mogelijk.
3
Bewaar de batterij op een koele (minder dan 25°C) en droge
plaats.
■ E
IGENSCHAPPEN VAN DE
•
Door het herhaaldelijk opladen en ontladen van de batterij, wordt de
maximale batterijlading langzaam lager.
•
Zelfs als de batterij niet wordt gebruikt, verliest deze langzaam lading.
•
In een koele omgeving duurt opladen van de batterij langer.
•
De levensduur van de batterij wordt korter als deze wordt opgeladen
en ontladen in een warme omgeving. Als de batterij op een warme
plaats wordt bewaard, verliest deze sneller lading. Laat de batterij niet
in een voertuig of nabij verwarmingsapparatuur liggen.
•
Als de gebruiksduur van een batterij korter wordt, zelfs als deze
volledig is opgeladen, moet u de batterij vervangen. Als u de batterij
toch blijft opladen en ontladen, kan dit leiden tot elektrolytlekkage.
N-6
L
-
-B
I
ION
ATTERIJ
L
-
-B
I
ION
ATTERIJ