Aanbeveling
Met de snelheidslimietherkennings- en
snelheidsadviessysteem kan de bestuurder
de weergegeven snelheid als snelheidsinstelling
gebruiken voor de snelheidsbegrenzer of
snelheidsregelaar met behulp van de toets
voor het opslaan van de snelheidsbegrenzer of
snelheidsregelaar.
Als regen wordt gedetecteerd, stelt het
systeem een snelheidsinstelling voor aan de
bestuurder die lager is dan de afgelezen/via
de kaartgegevens verkregen snelheid om de
snelheid aan de weersomstandigheden aan te
passen (voorbeeld: op een autosnelweg is de
voorgestelde snelheid 110 km/h in plaats van
130 km/h).
Raadpleeg de desbetreffende rubrieken
voor meer informatie over de
snelheidsbegrenzer, de snelheidsregelaar
of de adaptieve snelheidsregelaar.
Stuurkolomschakelaars
1. Selecteren van de snelheidsbegrenzer of
snelheidsregelaar
2. Opslaan van de snelheid
Informatie op het instrumentenpaneel
3. Weergave van de snelheidslimiet
4. Voorstel om de snelheid op te slaan
5. Actuele ingestelde snelheid
Opslaan van de snelheid
► Schakel de snelheidsbegrenzer/
snelheidsregelaar in.
De informatie over de snelheidsbegrenzer/
snelheidsregelaar wordt weergegeven.
Bij de detectie van een verkeersbord met
een andere snelheidslimiet geeft het systeem
de waarde aan en knippert "MEM" enkele
seconden; u kunt deze snelheid dan als nieuwe
snelheid opslaan.
Bij een verschil van minder dan 9 km/u
tussen de ingestelde snelheid en de door
de snelheidslimietherkennings- en
snelheidsadviessysteem weergegeven
snelheid wordt het symbool "MEM" niet
weergegeven.
Afhankelijk van de omstandigheden kunnen
verschillende snelheden worden weergegeven.
► Druk één keer op toets 2 om de voorgestelde
snelheid op te slaan.
Er wordt een melding weergegeven om het
verzoek te bevestigen.
► Druk toets 2nogmaals in om te bevestigen
en deze snelheid als nieuwe snelheid op te
slaan.
Het display keert terug naar de vorige weergave.
uitgebreide
verkeersbordherkenning
Lees de algemene adviezen over het gebruik
van de rij- en parkeerhulpsystemen.
Rijden
6
113