Drukontlastingsprocedure
WAARSCHUWING
GEVAAR VAN INJECTIE
De druk in het systeem moet handmatig
worden ontlast om te voorkomen dat het per
ongeluk start of begint te spuiten. Vloeistof
onder hoge druk kan door de huid heen binnendringen
en ernstig letsel veroorzaken. Om het risico te vermin-
deren van letsel door vloeistofinjectie, spattende vloei-
stof, of bewegende delen, moet u de Drukontlastings-
procedure volgen steeds wanneer u:
-
de instructie krijgt om de druk te ontlasten,
-
ophoudt met spuiten of met afgeven van vloeistof,
-
apparatuur controleert of onderhoudt,
-
of de spuittip/tuit installeert of reinigt.
1.
Blokkeer de veiligheidsvergrendeling van de trekker van
het pistool/de afgiftekraan.
2.
Sluit de luchttoevoer naar de pomp af, en blokkeer de
inschakeling.
3.
Sluit de zelfontlastende luchtkraan (moet in het systeem
aanwezig zijn).
4.
Geef de veiligheidsvergrendeling van de trekker van het
pistool/de afgiftekraan weer vrij.
5.
Houd een metalen deel van het pistool of de afgifte-
kraan stevig tegen de zijkant van een geaarde metalen
opvangbak en haal de trekker van pistool/afgiftekraan
over om de druk te ontlasten.
6.
Blokkeer de veiligheidsvergrendeling van de trekker van
het pistool/de afgiftekraan.
7.
Houd een vat klaar om de vloeistof op te vangen, en
open de aftapkraan (deze moet altijd in het systeem
aanwezig zijn), en/of het ontlastkraan van de pomp.
8.
Laat het aftapventiel open staan, totdat u weer gaat
spuiten.
Als u vermoedt dat de spuittip/tuit of de slang verstopt is,
of dat de druk niet volledig ontlast is na het uitvoeren van
bovengenoemde stappen, draai dan heel langzaam de borg-
moer van de tipbeschermer, of de slangkoppeling iets los,
en laat de druk geleidelijk ontsnappen. Draai de moer daarna
pas geheel los. Verwijder dan de verstopping uit de tip/tuit of
de slang.
10 310- -523
Toepassing
Voordat vloeistof gepompt wordt
en van de rand van het vloeistofvat. Dit geldt ook steeds
wanneer de pomp gevuld is met perslucht. Bewegende
delen kunnen een hand of vinger amputeren. Volg de
Drukontlastingsprocedure links hiervan voordat u con-
troles of reparaties uitvoert aan de ram of aan enig ander
deel van het systeem, en bij het stilleggen van het
systeem.
1.
Zet de hendel van de handbedieningskraan (30) in de
middenpositie (OFF - uit). Sluit het luchtreduceerventiel
van de ram en de hoofdluchtregelkraan.
2.
Zet de hendel van de handbedieningskraan in de stand
UP (omhoog). Open de hoofdluchtregelkraan en lucht-
reduceerventiel van de ram, totdat de ram omhoog be-
gint te bewegen. Laat de ram helemaal omhoog gaan.
3.
Plaats een vol vloeistofvat op de rambasis, schuif het
terug tegen de vataanslag (indien toegepast), en cen-
treer het onder de ramplaat. Zie de voorbeeldinstallatie
op blz. 9 en het gedeelte over Toebehoren voor vat-
klemmen (80) die het vat vastzetten, en goed centreren
en uitlijnen t.o.v. de ram.
OPMERKING: Gebruik met deze ram geen vaten met een
4.
Zet de hendel van de handbedieningskraan in de stand
DOWN (omlaag), laat de ram omlaag gaan totdat die op
het punt staat het vat in te gaan, en zet de handkraan in
de stand OFF (uit). Verschuif het vat zodanig dat de wis-
sers de rand niet raken, en open de ontluchtkraan (niet
afgebeeld) op de ramplaat.
5.
Zet de hendel van de handbedieningskraan in de
stand DOWN (omlaag), en laat de ramplaat omlaag
gaan totdat alle lucht uit het vat is en er vloeistof uit
de ontluchtopening komt. Zet dan de hendel van de
handbedieningskraan in de stand OFF (uit) en sluit de
ontluchtkraan (niet afgebeeld).
6.
Stel de luchtdruk naar de ram in op 4 bar. Zet de hen-
del van de handbedieningskraan in de stand DOWN
(omlaag). Start de pump (open de zelfontlastende hoofd-
luchtkraan en de vloeistofafgiftekraan). Laat de pomp
werken totdat het systeem gevuld is en alle lucht eruit
verdreven is. Sluit de zelfontlastende hoofdluchtkraan
of de vloeistofafgiftekraan om de pomp te stoppen.
OPMERKING: Verhoog de druk van de perslucht naar de
WAARSCHUWING
GEVAAR VAN BEWEGENDE DELEN
Houd wanneer de ram omhoog of omlaag
gaat handen en vingers verwijderd van de
ramplaat, van de vloeistofinlaat van de pomp,
opening aan de zijkant of die erg gedeukt
zijn. Ruwe openingen of grote deuken zullen
de wissers beschadigen, of de ramplaat
stopt daardoor, met als gevolg dat de pomp
op hol slaat.
ram als de pomp niet goed gevuld wordt bij
toepassing van zwaardere vloeistofsoorten.
Als er vloeistof rond de bovenste wisser naar
buiten komt, is de druk van de ram te hoog,
en moet de luchtdruk verminderd worden.