SATEL
Het alarmsysteem dient direct op de telefoonlijn aangesloten te worden (op de aansluitingen
gemarkeerd met TIP, RING). Andere apparaten welke de telefoonlijn gebruiken (bijv.
telefoontoestel, fax) dienen na het alarmsysteem aangesloten te worden (op de aansluitingen
gemarkeerd met T-1, R-1). Vandaar dat de telefoonlijn met een vier–aderige kabel
aangesloten moet worden op het alarmsysteem. Bij aansluiting op deze manier zal het
alarmsysteem volledig beslag kunnen leggen op de lijn voor de duur van de oproep. Hiermee
wordt voorkomen dat de telefoonkiezer wordt geblokkeerd, bijvoorbeeld door het opnemen
van de telefoonhoorn (een dergelijke situatie zou plaatsvinden, indien het alarmsysteem
aangesloten is op de telefoonlijn van telefoontoestel).
Indien ADSL wordt gebruikt, dan dient het alarmsysteem achter de ADSL splitter aangesloten
te worden, en alle overige apparaten welke een analoge lijn gebruiken, op het alarmsysteem.
Sluit in Nederland nooit de
de nul (N).
Afb. 12. Analoge telefoonlijn aansluiten op het alarmsysteem.
5.10 Voeding aansluiten
Zorg er voor dat alle bekabeling van het alarmsysteem gereed is, voordat u de
AC voeding of accu aansluit.
Voordat u de voeding aansluit dient u de klok en RAM back-up batterij in de
houder op de hoofdprint te plaatsen.
5.10.1 Voeding
De INTEGRA 24 en INTEGRA 32 alarmsystemen hebben 18 V AC (±10%) voeding nodig.
Het wordt aanbevolen een transformator te gebruiken met op z'n minst 40 VA.
De INTEGRA 64 en INTEGRA 128 alarmsystemen hebben 20 V AC (±10%) voeding nodig.
Het wordt aanbevolen een transformator te gebruiken met op z'n minst 60 VA.
INTEGRA
aansluiting aan. Sluit deze ook nooit de
23
aansluiting aan op