11 SERVICESCHEMA
Remvloeistofpeil van de voorwielrem controleren. (
Remvloeistofpeil van de achterwielrem controleren. (
Remvloeistof van de voorwielrem verversen.
Remvloeistof van de achterwielrem verversen.
Vrije slag aan de koppelingshendel controleren. (
Vrije slag van het rempedaal controleren. (
Schokdemper en voorvork controleren op dichtheid. Voorvorkservice afhankelijk van
behoefte en gebruiksdoel uitvoeren.
Vuilschrapers van de vorkpoten reinigen.
Speling balhoofdlager controleren.
Bandentoestand controleren. (
Bandenspanning controleren. (
Ketting, kettingwiel, ketting-aandrijfwiel en kettinggeleiding controleren. (
Kettingspanning controleren. (
Bougies vervangen.
Klepspeling controleren.
Antivries en koelmiddelpeil controleren. (
144
pag. 182)
pag. 188)
pag. 266)
pag. 187)
(
pag. 160)
pag. 208)
pag. 210)
pag. 169)
pag. 242)
om de 24 maanden
om de 12 maanden
alle 30.000 km
alle 15.000 km
na 1.000 km
○
●
●
●
○
●
●
●
○
●
●
●
○
●
●
●
○
●
●
●
●
●
○
●
●
●
○
●
●
●
○
●
●
●
●
●
●
pag. 173)
○
●
●
●
●
●
○
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●