Opbouw en functie
Beschrijving van functie
5.5
Beschrijving van functie
5.5.1
Algemeen
TIG-lastoortsen zijn via het slangpakket verbonden met de stroombron. Door het slangpakket lopen:
•
de lasstroomkabel
•
de beschermgastoevoer en
•
de stuurstroomkabel en
•
de lasrookafzuigslang.
Bij watergekoelde TIG-lastoortsen lopen ook de leidingen van de
•
koelmiddeltoevoer en
•
koelmiddelretourleiding
door het slangpakket.
Het lastoevoegmateriaal wordt bij het TIG-lassen meestal in staafvorm met de hand toegevoegd. Bij vol-
ledig mechanische apparaten wordt het lastoevoegmateriaal draadvormig door een afzonderlijk
draadaanvoerapparaat toegevoegd.
5.5.2
Bedieningselementen
5.5.2.1
TIG-standaardtoorts (5-polig)
Pos. Symbool Beschrijving
1
2
TIG-toortsen zijn voorzien van een toortsknop. Met de knop kan
•
de lasstroom aan en uit worden gezet en
•
tijdens het lassen, met het indrukken van de knop, de stroom naar een daalstroom worden ge-
schakeld.
Tiptoetsfunctie: druk kort op de toortsknop om een functiewijziging uit te voeren. De ingestelde lastoorts-
modus bepaalt de werkwijze.
5.5.2.2
TIG-up/down-toorts
Pos. Symbool Beschrijving
1
24
0
Toortsknop 1
Lasstroom AAN/UIT
Toortsknop 2
Lasstroom wordt tot daalstroom verlaagd.
0
Toortsknop
Lasstroom AAN/UIT
Afbeelding 5-6
Afbeelding 5-7
099-518352-EW505
07.06.2023