Persoonlijke instellingen
Individuele instellingen
Fabrieksinstellingen
* Fabrieksinstellingen
5.1
Toegang tot de persoonlijke instellingen
Bij het wijzigen van de persoonlijke instellingen mogen kookzones actief zijn. Er mag
echter geen kookzone geselecteerd zijn.
▸ Tip de toets
– Het menu «kookzone-onafhankelijke functies» wordt weergegeven.
▸ Selecteer met de slider
▸ Tip de slider onder
– Het menu «Persoonlijke instellingen» wordt
weergegeven.
Functie activeren / deactiveren
▸ Selecteer met de slider een functie.
– De functie wordt verlicht en
▸ Tip de slider onder
– Het beeldscherm voor de instellingen van de functie wordt weergegeven. De functie
is geactiveerd of gedeactiveerd.
▸ Selecteer met de slider de gewenste instelling.
▸ Tip de slider onder
– De functie is nu geactiveerd of gedeactiveerd.
5.2
Kinderbeveiliging
Kinderbeveiliging activeren (zie pagina 21)
Kinderbeveiliging overbruggen
▸ Schakel het toestel in.
– Het volgende scherm wordt geopend om
het toestel door middel van een code te ont-
grendelen:
Voorgestelde waarde
aan.
.
aan.
aan.
aan.
Functie
Helderheid
Volume
Toetsgeluid
wordt zichtbaar.
5 Persoonlijke instellingen
Mogelijke instellingen
Niveaus 1-9 (niveau 5*)
Niveaus 1-9 (niveau 5*)
Aan/Uit*
0h00*–2h00
Terugzetten
Persoonlijke instellingen
Kinderbeveiliging AAN
Overbruggingscode: 2 2 6
1
2
3
4
5
6
21