Draaien
Handgastrekker
•
Laat de motor, nadat deze is gestart, enkele
minuten stationair lopen.
•
Druk de handgastrekker geleidelijk in om het
motortoerental te verhogen.
•
De ketting begint te bewegen zodra het
motortoerental ca. 4.500 omw/min bereikt.
•
Controleer op correcte acceleratie en smering
van de zaagketting en de kettinggeleider.
•
Laat de motor niet met onnodig hoge
toerentallen lopen.
•
Controleer dat de zaagketting stopt zodra de
handgastrekker wordt losgelaten.
De motor stoppen
•
Laat de handgastrekker los en laat de motor
stationair draaien.
•
Zet de ontstekingsschakelaar in de stand
"STOP".
OPMERKING
•
Stopt
de
motor
chokeregelknop dan helemaal uit om de
motor te stoppen.
•
Controleer
ontstekingsschakelaar alvorens de motor
opnieuw te starten.
Handgastrekkerblokkering
Contactschakelaar
Handgastrekkerblokkering
Handgastrekker
niet,
trek
en
repareer
Test voor u gaat zagen
•
Maak uzelf vertrouwd met uw kettingzaag
alvorens
beginnen.
•
Voor dit doel kan het raadzaam zijn eerst
enkele malen te oefenen met het zagen van
kleinere boomstronken of takken.
•
Laat geen mensen of dieren toe in de
werkomgeving. Meerdere gebruikers – Houd
een veilige afstand tussen twee of meer
gebruikers wanneer gelijktijdig samen gewerkt
wordt.
Controleren van de kettingspanning
•
De kettingspanning moet tijdens het werken
regelmatig worden gecontroleerd en indien
nodig worden aangepast.
•
Span de ketting zo strak mogelijk, maar wel
zodanig dat de ketting nog gemakkelijk met de
hand langs de kettinggeleider kan worden
getrokken.
Waarschuwing
Zorg ervoor dat de motor is uitgeschakeld voor u
de kettingspanning controleert.
Kettingsmeringtest
de
de
Houd de ketting vlak boven een droog oppervlak
en open het handgas gedurende 30 seconden op
half toerental.
Er moet nu een dunne lijn "uitgeworpen" olie
zichtbaar zijn op het droge oppervlak.
met
zaagwerkzaamheden
Gevaar
Bediening
te
15