Garen, bakken en braden
Gebruikswijzen
Stomen
A
Bij het stomen stroomt er stoom uit een stoomverwekker in de kookruimte. Tegelijkertijd
ondersteunt de hete lucht de verhitting van het toestel. Door de stoom worden de ge-
rechten verhit resp. gaar gemaakt.
Gaar maken van groente bij 100 °C
Gebruik voor het stomen van groente de geperforeerde gaarplaat.
A
Zout de groente bij voorkeur pas na het gaar maken.
A
Gaar maken van rijst, graanproducten en peulvruchten, met toevoeging van vocht,
bij 100 °C
Doe het vocht samen met de gerechten in een passende glazen of porseleinen
A
schaal en plaats die op het rooster.
Pocheren van vlees en vis bij 80 °C tot 100 °C
Gebruik voor het pocheren de (licht ingevette) geperforeerde gaarplaat.
A
Stoomdrogen van fruit en bessen bij 100 °C
Bereiden van gevoelige desserts zoals flan caramel bij 90 °C
Plaats voorbereide schaaltjes in de geperforeerde gaarplaat.
A
Bereiden van yoghurt bij 40 °C
Plaats glaasjes of schaaltjes in de geperforeerde gaarplaat.
A
Schuif bij het stomen de roestvrijstalen plaat altijd onder de geperforeerde
gaarplaat of het rooster, om eventueel naar beneden vallende stukken voedsel
en condenswater op te vangen.
Druk toets
1× in.
– Voorstel kookruimtetemperatuur: 100 °C
(komt overeen met de maximale kooktemperatuur)
Toepassingsbereik: 30 °C tot 100 °C
19