ONDERHOUD
DE MACHINE DUWEN EN VERVOEREN
DE MACHINE DUWEN
Als de motor van de machine uitvalt, kunt u de
machine duwen zoals hieronder beschreven.
Modellen met de serienummers 06156 en hoger
zijn voorzien van een achteraseenheid met
versnellingsbak en koppeling, die een elektrische
parkeerrem heeft. U kunt de parkeerrem
uitschakelen door de remhendel op de achteras
omlaag te zetten. Zet nadat u de machine naar de
gewenste plaats hebt geduwd, de remhendel weer
omhoog om gevaar door wegrollen van de
machine te voorkomen.
OPMERKING: De stroomtoevoer van de machine
is uitgeschakeld wanneer de parkeerremhendel
omlaag is gezet.
Bij modellen met de serienummers tot en met
06156 voert u de volgende procedure uit.
Ontkoppel de aandrijfmotor van de elektrische
bedrading voordat u de machine gaat duwen. Na
ontkoppelen kunt u de machine beter
manoeuvreren.
LET OP! Duw de machine niet over
lange afstanden of terwijl de
aandrijfmotor nog aangesloten is.
Hierdoor kan het aandrijfsysteem
beschadigd worden.
Duwen van de machine mag slechts over een
korte afstand plaatsvinden en dan met een
snelheid langzamer dan 3,2 km/u). De machine is
NIET geschikt om over een lange afstand of met
hoge snelheid geduwd of gesleept te worden.
76
5680 330465 (06- 2015)