ERGA04~08EAV3(A) + EHVZ04+08S18+23EA6V+9W
Daikin Altherma 3 R F
4P629093-1 – 2020.08
#
Code
[2.7]
[2‑0C]
De instelling Afgiftesysteem heeft als volgt een invloed op het instelpuntbereik
van de ruimteverwarming en de doel-delta T bij verwarming:
Hoofdzone
Afgiftesysteem
0: Vloerverwarming
1: Ventilo-convector Maximum 55°C
2: Radiator
OPMERKING
Het maximale instelpunt voor ruimteverwarming hangt af van het type afgever zoals
te zien is in bovenstaande tabel. Als er 2 watertemperatuurzones zijn, is het
maximale instelpunt het hoogste van de 2 zones.
OPMERKING
Het systeem NIET op de volgende manier configureren, kan schade aan de
warmteafgevers veroorzaken. Als er 2 zones zijn, is het bij verwarming belangrijk dat:
▪
de zone met de laagste watertemperatuur wordt geconfigureerd als de primaire
zone, en
▪
de zone met de hoogste watertemperatuur wordt geconfigureerd als secundaire
zone.
OPMERKING
Als er 2 zones zijn en de afgevertypes onjuist zijn geconfigureerd, kan er water met
een hoge temperatuur naar een afgever met lage temperatuur (vloerverwarming)
worden gestuurd. Om dit te vermijden doet u het volgende:
▪
Installeer een aquastat-/thermostaatklep om te hoge temperaturen naar een lage
temperatuur-afgever te voorkomen.
▪
Zorg dat u de afgevertypes voor de primaire zone [2.7] en voor de secundaire
zone [3.7] correct instelt in overeenstemming met de aangesloten afgever.
OPMERKING
Gemiddelde afgevertemperatuur = aanvoerwatertemperatuur - (Delta T)/2
Dit betekent dat bij een zelfde instelpunt van de aanvoerwatertemperatuur de
gemiddelde afgevertemperatuur van de radiatoren lager is dan die van de
vloerverwarming, vanwege een grotere delta T.
Voorbeeld radiatoren: 40–10/2=35°C
Voorbeeld vloerverwarming: 40–5/2=37,5°C
Om te compenseren, kunt u:
▪
De weersafhankelijke curve gewenste temperaturen verhogen [2.5].
▪
Modulatie van de aanvoerwatertemperatuur inschakelen en de maximale
modulatie verhogen [2.C].
Beschrijving
Afgiftesysteem:
▪
0: Vloerverwarming
▪
1: Ventilo-convector
▪
2: Radiator
Instelpuntbereik
ruimteverwarming
[9‑01]~[9‑00]
Maximum 55°C
Maximum 65°C
10
Configuratie
|
Doel-delta T bij
verwarming [1‑0B]
Variabele (zie [2.B.1])
Variabele (zie [2.B.1])
Vast 10°C
Uitgebreide handleiding voor de installateur
145