11 | Controleren gasinstelling
11
Controleren gasinstelling
Dit cv-toestel is afgesteld voor de toestelcategorie K (I2K) en is ge-
schikt voor het gebruik van G en G+ distributiegassen volgens de speci-
ficaties zoals die zijn weergegeven in de NTA 8837:2012 Annex D met
een Wob-be-index van 43,46 – 45,3 MJ/ m³ (droog, 0 °C, bovenwaarde)
of 41,23 – 42,98 (droog, 15 °C, bovenwaarde).Dit cv-toestel kan daar-
naast opnieuw worden afgeregeld voor de toestel-categorie E (I2E) en is
dan geschikt voor het gebruik van hoogcalorisch distributiegassen met
een Wobbe-index van 52,07 - 54,18 MJ/ m³ (droog, 0 °C, bovenwaarde)
of 49,4 - 51,4 MJ/ m³ (droog, 15 °C, boven-waarde). Voorwaarde voor
het hoogcalorische distributiegas is dat de samenstelling niet meer dan
7% propaan, 12% ethaan, 1,5% koolstofdi-oxide, 0,5% waterstof en
1,8% waterdamp bevat waarbij het totale PE getal (propaanequivalent)
niet hoger dan 7% mag zijn.Bovengenoemde grenswaarden voor de
Wobbe-index zijn de waarden die gewaarborgd worden door de tests vol-
gens de toestelnorm EN 15502-2-1 met de extreme grensgassen die
voor de genoemde toestel-categorieën gelden.
• Wanneer het toestel met dezelfde gassoort als welke af fabriek is in-
gesteld wordt gebruikt, is een instelling op de nominale warmtebelas-
ting en minimale warmtebelasting niet nodig.
• Wanneer een toestel naar een andere gassoort wordt omgezet, is een
CO
- of O
-instelling nodig.
2
2
• Wanneer een toestel van aardgas naar vloeibaar gas (of omgekeerd)
wordt omgebouwd, is een ombouw met een gasombouwset en een
CO
- of O
-instelling nodig.
2
2
▶ Na de gasombouw het etiket gassoort (met het cv-toetstel of de
gasombouwset meegeleverd) op het cv-toetstel aanbrengen in de
buurt van de typeplaat.
De gas-luchtverhouding mag alleen via een CO
maal nominaal warmtevermogen en minimaal nominaal warmtevermo-
gen met een elektronisch meetapparaat, worden ingesteld.
11.1
Ombouw gassoort
CV-toestel
Ombouw naar
2300i HRC 25/3
Vloeibaar gas
2300i HRC 25/4
Vloeibaar gas
Tabel 83 Leverbare gasombouwsets
WAARSCHUWING
Levensgevaar door explosie!
Gaslekkage kan explosies veroorzaken.
▶ Laat werkzaamheden aan gasvoerende delen alleen door een erkend
installateur uitvoeren.
▶ Voor werkzaamheden aan gasvoerende delen: sluit de gaskraan.
▶ Vervang losgenomen afdichtingen door nieuwe afdichtingen.
▶ Voer een dichtheidscontrole uit na werkzaamheden aan gasvoerende
delen.
▶ Gasombouwset uit onderdelenboek bestellen.
▶ Bouw de gasombouwset in conform het meegeleverde inbouwad-
vies.
▶ Na iedere ombouw: gasluchtverhouding instellen.
38
- of O
-meting bij maxi-
2
2
Artikelnummer
7 736 902 154
7 736 902 155
11.2
Controleer de gas-luchtverhouding en stel deze even-
tueel in
▶ Neem de mantel weg ( pagina 24).
▶ Verwijder de stoppen op rookgasmeetnippels.
▶ Schuif de rookgassonde circa 85 mm in het rookgasmeetpunt.
▶ Dicht het meetpunt af.
Afb. 46 Rookgasmeetnippel
▶ Om de warmteafgifte te waarborgen: open de radiatorkranen.
▶ Druk toets ok net zolang in, tot op het display het symbool C wordt
getoond.
Het display toont het maximum percentage van het vermogen 100 %
afwisselend met de aanvoertemperatuur. De brander gaat met maxi-
maal nominaal warmtevermogen in gebruik.
▶ O
-gehalte meten.
2
▶ O
-gehalte voor maximaal nominaal warmtevermogen conform tabel
2
84 controleren.
Maximaal nominaal warm-
1)
tevermogen
Gassoort
O
[%]
2
Aardgas E 4,2 ± 0,2
Aardgas K 3,8 ± 0,2
Propaan
4,5 -0,2
1) Meting na 10 minuten
Tabel 84 O
-gehalte
2
Inspectie van het drukverschil van de gasklep
▶ Toestel van de voedingsspanning scheiden.
▶ Gaskraan onder op het toestel uitschakelen.
▶ Open voor het beschikbaar stellen van de benodigde warmte ten min-
ste twee radiatoren.
▶ Open de meetschroef voor het drukverschil van de gasklep
( afb. 46).
▶ Zet de drukmeter op nul.
▶ Maak een verbinding met een slang tussen het meetpunt van het
drukverschil van de gasklep en het positieve (+) uiteinde van de ma-
nometer met een slang.
▶ Open de gaskraan.
▶ Verbind het toestel met de voedingsspanning.
▶ Druk op de pijltoets, tot het symbool C op het display verschijnt.
Het display toont het maximum percentage van het vermogen afwis-
selend met de aanvoertemperatuur. De brander gaat met maximaal
nominaal warmtevermogen in gebruik.
▶ Druk op de pijltoets en stel het toestel in op minimumvermogen.
Het display toont het minimum percentage van het vermogen afwis-
selend met de aanvoertemperatuur.
▶ Meet het drukverschil van de gasklep ( afb. 47).
Het optimale drukverschil is –0,05 mbar.
▶ Wanneer het drukverschil binnen het gespecificeerde bereik ligt,
CO2 verhouding controleren ( tabel 84).
▶ Sluit het ventiel.
6 720 614 153-07.2O
Minimaal nominaal warm-
tevermogen
O
[%]
2
5,6 ± 0,4
5,3 ± 0,4
5,4 +0,3
2300i • 6721838073 (2021/10)