1 Veiligheidsvoorschriften
1.2
Algemene veiligheidsvoorschriften
Het apparaat voldoet aan de erkende regels van de techniek en aan
de geldende veiligheidsvoorschriften. Om schade en ongelukken te
vermijden, is een correcte omgang met het toestel echter een abso-
lute voorwaarde. Neem daarom de aanwijzingen in deze bedienings-
handleiding in acht.
Conform IEC 60335-1 geldt volgens de voorschriften:
• personen (inclusief kinderen) die door hun fysieke, sensorische of geeste-
lijke vaardigheden of hun onervarenheid of onkunde niet in staat zijn om het
toestel veilig te gebruiken, mogen dit apparaat niet gebruiken, zonder dat zij
onder het toezicht staan van iemand die instaat voor de veiligheid of zonder
dat deze persoon hen aanwijzingen heeft gegeven.
1.3
Voor de eerste ingebruikneming
• Het toestel mag alleen volgens de aparte installatiehandleiding worden
gemonteerd en op de netstroom worden aangesloten. Laat de benodigde
werkzaamheden uitvoeren door een erkende installateur/elektricien.
• Voer het verpakkingsmateriaal af volgens de plaatselijke voorschriften.
6