7
Onderhoud
Reinig het toestel bij voorkeur pas in koude toestand.
Risico op verbranding!
Reinig het kookveld na elk gebruik, zo wordt het inbranden van voedselresten
vermeden. Ingedroogd c.q. ingebrand vuil is moeilijker te reinigen.
Door een onjuiste behandeling bij de reiniging kunnen het decor of het opper-
vlak beschadigd raken.
Reinig het glaskeramische oppervlak in geen geval met schurende rei-
nigingsmiddelen, krassende multifunctionele schuursponsen, staalwol,
etc. Het oppervlak kan daardoor beschadigd raken.
► Gebruik uitsluitend een zachte doek of spons, water en een geschikt reini-
gingsmiddel voor het reinigen van alledaagse vervuilingen. Neem daarbij de
aanwijzingen van de fabrikant van het reinigingsmiddel in acht. Het verdient
aanbeveling reinigingsmiddelen met beschermende werking te gebruiken.
► Verwijder sterke vuilkorsten bijv. van overgekookte melk in warme toestand
met een reinigingsschaaf voor glaskeramiek. Neem daarbij de aanwijzingen
van de fabrikant van de reinigingsschaaf voor glaskeramiek in acht.
► Verwijder sterk suikerhoudend voedsel zoals jam in warme toestand met
een reinigingsschaaf voor glaskeramiek. Anders kan het glaskeramische
oppervlak beschadigd raken.
► Verwijder gesmolten kunststof nog in warme toestand met een reinigings-
schaaf voor glaskeramiek. Anders kan het glaskeramische oppervlak be-
schadigd raken.
► Verwijder kalkvlekken in afgekoelde toestand met kleine hoeveelheden kal-
koplossend middel bijv. azijn en citroensap. Vervolgens met een vochtige
doek nawrijven.
28