•
Verminder het risico van beschadiging van gewassen
door de draad in te korten tot 10-12 cm en het
moetertoerental te verminderen.
Schoonschrapen
•
Met de schraaptechniek kan men alle ongewenste
begroeiing verwijderen. Hou de trimmerkop vlak boven de
grond en een ietsje scheef. Laat het uiteinde van de draad
tegen de grond slaan naast bomen, palen, standbeelden
e.d. N.B.! Deze techniek veroorzaakt grotere slijtage van
de draad.
•
De draad verslijt vlugger en moet vaker aangevoerd
worden wanneer men tegen stenen, bakstenen, beton,
metalen omheiningen enz. werkt dan wanneer men in
contact komt met bomen en houten omheiningen.
•
Bij het trimmen en schoonschrapen mag u niet vol gas
geven zodat de draad langer meegaat en de trimmerkop
minder slijt.
Maaien
•
De trimmer is ideaal voor het maaien van gras op plaatsen
waar men met een gewone gazonmaaier moeilijk bij komt.
Hou tijdens het maaien de draad parallel met grond. Duw
de trimmerkop niet tegen de grond omdat dit het gazon en
het gereedschap kan beschadigen.
•
Tijdens normaal maaien mag de trimmerkop niet
voortdurend in contact komen met de grond. Een dergelijk
voortdurend contact kan tot beschadigingen en slijtage
van de trimmerkop leiden.
Vegen
•
Het ventilatoreffect van de roterende draad kan gebruikt
worden om snel en gemakkelijk schoon te maken. Hou de
draad parallel met en boven de oppervlakken die
schoongeveegd moeten worden en beweeg het
gereedschap heen en weer.
•
Bij het maaien en vegen moet u vol gas geven om een
goed resultaat te krijgen.
ARBEIDSTECHNIEK
– 25
Dutch