nl Reinigingsfuncties
Apparaat na de reinigingsfunctie gebruiksklaar
maken
1.
Laat het apparaat afkoelen.
2.
Achtergebleven as in de binnenruimte en bij de ap-
paraatdeur afnemen met een vochtig doekje.
3.
Witte aanslag met citroenzuur verwijderen.
Opmerking: Witte aanslag op de emailvlakken kan
door te grove verontreinigingen ontstaan. Deze le-
vensmiddelresten zijn ongevaarlijk. De aanslag heeft
geen nadelige invloed op de werking van het appa-
raat.
4.
De rekjes inhangen.
→ "Rekjes", Pagina 23
16.2 Reinigingshulp Easy Clean
Gebruik de reinigingshulp Easy Clean om de binnen-
ruimte tussendoor schoon te maken. De reinigingshulp
Easy Clean weekt verontreinigingen door het verdam-
pen van zeepsop in. Verontreinigingen kunnen vervol-
gens gemakkelijker worden verwijderd.
Reinigingshulp Easy Clean instellen
WAARSCHUWING ‒ Kans op brandwonden!
Door water in de hete binnenruimte kan hete water-
damp ontstaan.
▶
Nooit water in de hete binnenruimte gieten.
Opmerkingen
¡ De verlichting van de binnenruimte is niet aan terwijl
de reinigingshulp loopt.
¡ U kunt het einde niet wijzigen.
¡ De tijdsduur is vooringesteld en kan niet gewijzigd
worden.
Vereisten
¡ U kunt de reinigingshulp alleen starten, wanneer de
binnenruimte koud (kamertemperatuur) is en de ap-
paraatdeur is gesloten.
¡ Tijdens het bedrijf de apparaatdeur niet openen. An-
ders breekt het apparaat de reinigingshulp af.
¡ Om bijzonder hardnekkige verontreinigingen te ver-
wijderen, laat u het zeepsop enige tijd inwerken,
voordat u de reinigingshulp start.
¡ Wrijf om bijzonder hardnekkige verontreinigingen te
verwijderen de verontreinigde plekken op de gladde
vlakken in met afwasmiddel, voordat u de reinigings-
hulp start.
1.
Verwijder de accessoires uit de binnenruimte.
2.
LET OP!
Gebruik van gedestilleerd water in de binnenruimte
leidt tot corrosie.
▶
Geen gedestilleerd water gebruiken.
0,4 l water met een druppel afwasmiddel mengen
en in het midden op de bodem van de binnenruimte
gieten.
22
3.
De reinigingsfuncties
instellen.
a Op het display verschijnen het symbool
nigingsfuncties. De eerste reinigingsfunctie is ge-
markeerd.
4.
De knop of net zo vaak indrukken totdat het sym-
bool
is gemarkeerd.
a Op het display verschijnt .
5.
Aan de temperatuurknop draaien.
a Op het display verschijnt .
a Na enkele seconden start de reinigingshulp. De
tijdsduur loopt af op het display.
a Zodra de reinigingshulp is afgerond, klinkt een sig-
naal.
Opmerking: Wanneer na het inschakelen
play knippert, is de binnenruimte niet volledig afge-
koeld. Schakel het apparaat uit. Wacht tot de binnen-
ruimte afgekoeld is en schakel de reinigingshulp op-
nieuw in.
Binnenruimte nareinigen
LET OP!
Wanneer er langere tijd vocht aanwezig is in de binnen-
ruimte ontstaat er corrosie.
▶
Na de reinigingshulp de binnenruimte afnemen en
volledig laten drogen.
Water op de bodem van de binnenruimte bij temperatu-
ren boven de 120°C leidt tot schade aan het emaille.
▶
Geen programma starten wanneer zich water op de
bodem van de binnenruimte bevindt.
▶
Voor gebruik het water van de bodem van de bin-
nenruimte opnemen.
1.
Apparaatdeur openen en resterende water met een
absorberende vaatdoek opnemen.
2.
Gladde oppervlakken in de binnenruimte reinigen
met een schoonmaakdoekje of zachte borstel. Hard-
nekkige resten kunt u verwijderen met een schuur-
sponsje van roestvaststaal.
3.
Kalkranden verwijderen met een in azijn gedrenkte
doek. Vervolgens met schoon water afnemen en
droogwrijven met een zachte doek (ook onder de
deurafdichting).
4.
Wanneer hardnekkige verontreinigingen niet losla-
ten, herhaalt u de reinigingshulp, nadat de binnen-
ruimte is afgekoeld.
5.
Draai de functiekeuzeknop terug naar de nulstand
om het apparaat uit te schakelen.
6.
De apparaatdeur wegklappen en ca. 1 uur geopend
laten, zodat de oppervlakken van de binnenruimte
kunnen drogen.
met de functiekeuzeknop
en de rei-
op het dis-