15.6 Aanwijzingen voor de elektrische
aansluiting
Om het apparaat elektrisch veilig te kunnen aansluiten,
dient u deze aanwijzingen in acht te nemen.
WAARSCHUWING ‒ Kans op elektrische schok!
Het apparaat moet op elk gewenst moment van de
stroom kunnen worden afgesloten. Het mag alleen op
een geaarde contactdoos worden aangesloten die vol-
gens de voorschriften is geïnstalleerd.
De netstekker van de netaansluitkabel moet na de
▶
inbouw van het apparaat vrij toegankelijk zijn.
Is dit niet mogelijk, dan moet in de vast geplaatste
▶
elektrische installatie een alpolige scheidingsinrich-
ting volgens de voorwaarden van de overspannings-
categorie III en volgens de opbouwvoorschriften
worden ingebouwd.
De vaste aansluiting mag alleen door een elektricien
▶
worden aangelegd. Wij adviseren een aardlekscha-
kelaar (FI-schakelaar) in de stroomkring naar het
apparaat te installeren.
Scherpe componenten binnen het apparaat kunnen de
aansluitkabel beschadigen.
De aansluitkabel niet knikken of inklemmen.
▶
¡ De aansluitgegevens zijn te vinden op het typeplaat-
je. → Pagina 14
¡ De aansluitleiding is ca. 1,30 m lang.
¡ Dit apparaat voldoet aan de ontstoringsvoorschriften
van de EG.
¡ Het apparaat is conform de beschermingsklasse 1.
Daarom het apparaat alleen met een aarddraadaan-
sluiting gebruiken.
¡ Het apparaat tijdens de montage niet op de voe-
dingsspanning aansluiten.
¡ Ervoor zorgen dat de bescherming tegen aanraking
door de inbouw is gegarandeerd.
15.7 Aanwijzingen m.b.t. de inbouwsituatie
¡ Dit apparaat aan de keukenwand monteren.
¡ Voor de montage van extra speciale accessoires de
daarbij meegeleverde installatiehandleiding aanhou-
den.
¡ Het apparaat slechts aan één zijde direct naast een
hoge kast of tegen een wand installeren. De afstand
tot de hoge kast of de wand moet minstens 50 mm
bedragen.
¡ De breedte van de afzuigkap moet minstens over-
eenkomen met de breedte van het kooktoestel.
¡ Om de kookdamp optimaal op te vangen, het appa-
raat in het midden boven de kookplaat monteren.
Luchtafvoermodus
¡ Wanneer u het apparaat in de luchtafvoermodus ge-
bruikt, dan moet een schoorsteenafdekking worden
gemonteerd.
Luchtcirculatiemodus
¡ Wanneer u het apparaat in de circulatiemodus ge-
bruikt, moet een speciaal accessoire worden ge-
monteerd. De daarbij meegeleverde installatiehand-
leiding aanhouden.
¡ Voor het gebruik in de luchtcirculatiemodus is de
montage van de schoorsteenafdekking optioneel.
15.8 Algemene aanwijzingen
Neem deze algemene aanwijzingen bij de installatie in
acht.
¡ Bij de installatie moeten de actuele geldige bouw-
voorschriften en de voorschriften van de plaatselijke
stroom- en gasleverancier in acht worden genomen.
¡ Bij het afvoeren van afvoerlucht moeten de officiële
en wettelijke voorschriften, zoals bijv. de plaatselijke
bouwverordeningen, in acht worden genomen.
¡ Om het apparaat in het geval van service ongehin-
derd te bereiken, een gemakkelijk toegankelijke
montageplaats kiezen.
¡ De oppervlakken van het apparaat zijn gevoelig. Bij
de montage beschadigingen vermijden.
15.9 Installatie
Wand controleren
1.
Controleren of de wand horizontaal is en voldoende
draagvermogen heeft.
Het max. gewicht van het apparaat bedraagt 40 kg.
2.
De boorgatdiepte overeenkomstig de schroeflengte
boren.
Gebruik de meegeleverde schroeven en pluggen.
3.
De bijgevoegde schroeven en pluggen zijn geschikt
voor massieve muren. Gebruik voor andere con-
structies geschikte bevestigingsmaterialen, bijv. bij
Rigips, gasbeton, met isolatiemateriaal gevulde bak-
stenen.
Het apparaat met een bevestigingsmateriaal monte-
4.
ren dat voldoende stabiel alsook aan de bouwkundi-
ge situatie en het gewicht van het apparaat is aan-
gepast.
Het uitsnijgedeelte op een voorhanden kabelplaat-
5.
sing van andere apparaten controleren.
Wand voorbereiden
1.
Aanwijzingen m.b.t. de inbouwsituatie aanhouden.
→ Pagina 19
Ervoor zorgen dat zich in het bereik van de borin-
2.
gen geen stroomleidingen, gasleidingen of waterlei-
dingen bevinden.
Om schade te vermijden, de kookplaat afdekken.
3.
Bepaal de positie van de afzuigkap en teken de on-
4.
derkant van het apparaat licht op de muur af.
Ga uit van de kookplaat bij het bepalen van het
‒
midden.
Houd de veiligheidsafstanden tot de kookplaat
‒
aan. → Pagina 16
We adviseren de afzuigkap zo op te hangen dat de
onderkant van het glazen scherm één lijn vormt met
de onderkant van de bovenkasten ernaast.
Sjabloon tegen de getekende lijn leggen en vastma-
5.
ken.
6.
Teken de posities voor de schroeven af.
Voor de montage met schoorsteenafscherming
7.
moet de sjabloon op de aangegeven snijlijn worden
gescheiden.
Boor de gaten voor de bevestiging met Ø 8 mm en
8.
boordiepte 80 mm.
Verwijder het sjabloon.
9.
De pluggen vlak met de wand inzetten.
10.
Montagehandleiding nl
19