omloopluchtregeling) mag het plastic kapje van de stationair-
mengselregelschroef (indien aanwezig) niet verwijderd worden. Het
afstellen van het stationair mag hierbij alleen met de volgens de
fabrikant aangewezen omloopregelschroef uitgevoerd worden.
a) De autofabrikanten handhaven verschillende bepalingen voor het
afstellen van het stationair toerental, b.v. welke versnelling ingelegd
moet worden, of de verlichting, airconditioning of onderdrukleiding
in- of uitgeschakeld moet worden enz. Raadpleeg hiervoor het
handboek van uw voertuig.
b) Voor een juiste afstelling van de motor is van belang, dat hij een
goede compressie heeft, het ontstekingscontact en het
ontstekingstijdstip juist ingesteld zijn en dat het secundaire
ontstekingssysteem - bougies, toevoerkabels enz. - in perfecte
staat zijn, voordat een instelling van het mengsel uitgevoerd kan
worden.
Volg de aanbevelingen van de fabrikant op, wanneer u het stationair
mengsel instelt, dit geldt bijzonders voor de voertuigen met een
injectiesysteem.
Register-carburateur
Bij een registercarburateur heeft elke kamer een aparte stationair-instelling.
Stel eenvoudig de regelschroeven achter elkaar in, om een optimaal toerental
te bereiken. Vaak moet dan de eerste en eventueel de tweede schroef nog
een keer nageregeld worden.
Instellen van het "verhoogd stationair"- toerental (bij voertuigen
met startautomatiek)
Sommige carburateurs bezitten een instelschroef voor "verhoogd-
stationair", die dan als volgt wordt ingesteld:
1.
Start de motor en open de gasklep (alleen heel even, anders jankt de
motor te veel) en stel de getrapte schijf zo in, dat de stelschroef voor
verhoogd stationair in de hoogste trap inklikt.
12
Indien uw carburateur geen getrapte schijf bezit, handelt u als volgt:
Start de motor en open de gasklep en sluit deze direct weer. In
hetzelfde moment de starterluchtklep dichtdrukken. Als u beide acties
gelijktijdig uitvoert - belangrijk is dat u de starterluchtklep als laatste
loslaat - loopt uw motor met verhoogd toerental.
De starterluchtklep heeft de taak van de choke overgenomen en wordt
van de startautomatiek gestuurd.
De gasklep wordt direct vanuit het gaspedaal bediend en zit in de
carburateurvoet.
2.
Verdraai de stelschroef voor verhoogd stationair tot het juiste toerental
ingesteld is, deze kan op de bovenste schaal afgelezen worden. (In de
regel 1500 -2000 tpm. De opgaven van de fabrikant zijn hier heel
belangrijk!).
Controleren van het benzineluchtmengsel
1.
Verwijder het luchtfilter.
2.
Wanneer de motor op bedrijfstemperatuur is, het motortoerental met
behulp van de stationair instelschroef (stangaanslag) op ca. 800 tpm
instellen.
3.
Sluit de luchtinlaat gedeeltelijk af met een stuk karton.
4.
Kijk op de meter of het torental verandert.
5.
Herhaal de punten 3 en 4 bij 2500 tpm en, indien mogelijk bij ca. 2500
tpm.
Testresultaat
a)
Als het toerental stijgt, is het mengsel te arm.
b)
Als het toerental daalt, is het mengsel te rijk.
c)
Als het toerental bijna niets verandert, oftewel de luchtingang haast
volledig afgesloten wordt, is het mengsel correct.
Testen van de luchtfilter
1.
Demonteer het luchtfilter.
2.
Onderdrukslang van de verdeler verwijderen zodat een arm mengsel
13