De instelling van de niet-
geprogrammeerde werking
(handbediening)
Druk tegelijkertijd de toetsen 2 en 3 in. Hierdoor
wordt elk eerder ingesteld programma herroepen
(symbool S3 verdwijnt, als het actief was).
Symbool S1 wordt geactiveerd (als het al niet
actief was). Dit betekent, dat de niet-
geprogrammeerde werking (handbediening) is
ingesteld.
Halfautomatische werking met
werkingsduur
Druk op toets 2. Op de display verschijnen de
getallen 0 00 en het symbool S1. Met de toesten
3 of 4 stelt u de gewenste tijd in. Het symbool S3
verschijnt op de display. U kunt de tijd in
intervallen van 1 minuut instellen. De maximale
insteltijd bedraagt 10 uur.
Wanneer u de gewenste tijd heeft ingesteld,
begint deze na 7 minuten af te tellen. De display
geeft de dagtijd aan.
Door op toets 2 te drukken kunt u de resterende
tijd controleren en deze desgewenst met de
toetsen 3 of 4 corrigeren.
Na afloop van de ingestelde tijd klinkt een
geluidssignaal, dat na 7 minuten vanzelf
ophoudt, als u het niet onderbreekt door op de
toetsen 1, 2 of 3 te drukken. Symbool S1
verdwijnt en symbool S3 knippert. Op dit moment
schakelt de oven uit. Nadat u tegelijkertijd de
toetsen 2 en 3 heeft ingedrukt, verdwijnt het
symbool S3. Symbool S1 verschijnt en de klok is
op niet-geprogrammeerde werking
(handbediening) ingesteld.
Wanneer u het bakken of braden wilt
beëindigen, moet u ook de oven uitschakelen!
Halfautomatische werking met
beëindiging van de werking
Druk toets 3 in en houdt deze ingedrukt. Op de
display verschijnt de dagtijd. Met de toetsen 3 of
4 stelt u de gewenste tijd van de beëindiging van
de werking in (deze moet langer dan de dagtijd
zijn). Symbool S3 verschijnt 7 seconden na de
instelling van de gewenste tijd op de display.
Wanneer de dagtijd de ingestelde bak-/braadtijd
bereikt, klinkt een geluidssignaal, dat na 7
minuten vanzelf ophoudt als u het niet
onderbreekt door op toets 1, 2 of 3 te drukken.
Symbool S1 verdwijnt en symbool S3 knippert.
Symbool S1 verschijnt en de klok is op niet-
geprogrammeerde werking (handbediening)
ingesteld.
Wanneer u het bakken of braden wilt
beëindigen, moet u ook de oven uitschakelen!
Automatische werking met instelling
van de werkingsduur en beëindiging
van de werking
Druk op toets 2 en stel de werkingsduur in door
op de toetsen 3 en 4 te drukken.
Druk daarna op toets 3 en op de display
verschijnt de eerstmogelijke beëindigingstijd van
de werking. Stel het einde van de werking in met
de toetsen 3 en 4. Het symbool S1 verdwijnt
wanneer de beëindigingstijd langer is dan de
dagtijd + de werkingsduur.
De oven begint automatisch te werken op de
ingestelde tijden.
Voorbeeld
Dagtijd = 12:00, de werkingsduur is als volgt
ingesteld: begin 1:30, einde 14:00. Dit betekent,
dat de oven om 12:30 begint de werken.
Fouten bij het instellen
Als bijvoorbeeld de tijd van het einde van de
werking zo is ingesteld, dat hij korter dan de
dagtijd + de werkingsduur is, klinkt een
geluidssignaal en knippert het symbool S3. Voor
een juiste werking moeten de ingestelde tijden
worden gecorrigeerd (u kunt het beste
overschakelen op niet-geprogrammeerde werking
(handbediening) door tegelijkertijd op de toetsen
2 en 3 te drukken en dan de hele procedure
herhalen).
De minutenaangever
Door op toets 1 te drukken kunt u de
minutenaangever activeren, die alleen een
waarschuwingsfunctie heeft en de oven niet
uitschakelt.
Met de toetsen 3 en 4 stelt u de gewenste tijd in.
Het symbool S2 verschijnt op de display.
Wanneer u de gewenste tijd heeft ingesteld,
begint deze na 7 seconden af te tellen. Op de
display verschijnt de dagtijd.
Door op toets 1 te drukken kunt u de resterende
tijd controleren en deze desgewenst met de
toetsen 3 of 4 corrigeren.
Na afloop van de ingestelde tijd klinkt een
geluidssignaal, dat na 7 minuten vanzelf ophoudt,
als u het niet eerder uitschakelt door op één van
de toetsen 1, 2 of 3 te drukken. Het symbool S2
verdwijnt.
Geprogrammeerd braden met de
sonde voor het vlees
Op deze wijze kunt u de gewenste temperatuur
van de kern van het gerecht instellen. Instelling is
mogelijk tussen de 30 en 99°C. De temperatuur
van de kern wordt door een temperatuursonde
gemeten.
Gebruiksaanwijzing
11