Gebruikershandleiding
1. Houd de knop [WPS] op het toegangspunt ingedrukt tot het beveiligingslampje knippert.
Als u niet weet waar de [WPS]-knop zit, of als het toegangspunt geen knoppen heeft, raadpleeg dan de
documentatie van het toegangspunt voor meer informatie.
2. Druk op de knop
rechterzijde afwisselend knipperen (ongeveer 3 seconden).
Het instellen van de verbinding begint. Groen lampje aan de linkerzijde en oranje lampje aan de rechterzijde
lichten gelijktijdig op als de verbinding is gemaakt. Het oranje lampje gaat binnen 5 minuten automatisch uit.
Opmerking:
De printer is in een verbindingsfoutstatus wanneer het groene lampje aan de linkerzijde uit is en het oranje lampje aan
de rechterzijde knippert. Nadat u de printerfout hebt opgelost door te drukken op de knop
start u het toegangspunt opnieuw, waarna u het toegangspunt dichter bij de printer zet en het nog een keer probeert. Als
het nog steeds niet werkt, druk dan een netwerkverbindingsrapport af en controleer de oplossing.
Gerelateerde informatie
"De status van de netwerkverbinding controleren" op pagina 21
&
"Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt configureren" op pagina 108
&
Wi-Fi-instellingen configureren via de pincode-instelling (WPS)
U kunt verbinding maken met een toegangspunt door gebruik te maken van een pincode die staat afgedrukt op het
netwerkstatusvel. U kunt deze methode gebruiken als uw toegangspunt WPS (Wi-Fi Protected Setup) ondersteunt.
Gebruik een computer om een pincode in te voeren in het toegangspunt.
1. Papier laden.
Netwerkinstellingen
op de printer tot het groene lampje aan de linkerzijde en het oranje lampje aan de
19
op het bedieningspaneel,