Bedieningspaneel
10
1. Programma kiezen
De programmakiezer kan naar links en naar rechts worden
gedraaid en schakelt de wasmachine Aan/Uit.
De programmakiezer draait niet terwijl het programma loopt -
het programmaverloop wordt elektronisch gestuurd.
2. Indicatielampjes branden
klaar", als het programma is afgelopen.
in bedrijf", als de toets Start" is ingedrukt.
startklaar", als het programma is gekozen.
Als de indicatielampjes knipperen is er een defect.
3. Centrifuge toerental instellen (indien gewenst)
traploos; bij C" met vaste positie.
4. Toetsen voor programmaverfijningen indrukken
(indien gewenst, aanvullend op het gekozen programma)
1
":
minder kreukels.
r": extra spoelbeurt.
D": kortere programmaduur.
De programmaverfijningen kunnen altijd gecombineerd worden.
De indicatielampjes bij de toetsen branden als de
programmaverfijningen in werking zijn.
Uitschakelen van de programmaverfijningen: toetsen opnieuw
indrukken.
3
5. Toets
" indrukken
Het wasprogramma begint (het programma moet tevoren
gekozen zijn).