6 Ingebruikname
5.3
Elektrische installatie
6
5
7
1
Netaansluitkabel
2
Extra aansluitkabel
3
Kabeldoorvoer
4
Trekontlasting
Gevaar!
Gevaar voor elektrische schok
Bij werkzaamheden aan elektrische compo-
nenten met aansluiting aan het laagspan-
ningsnet bestaat gevaar voor elektrische
schokken.
▶
Scheid het product van de stroomtoevoer
af.
▶
Beveilig het product tegen het herinscha-
kelen.
▶
Controleer het product op spanningsvrij-
heid.
▶
Open het product alleen in spanningloze
toestand.
Opgelet!
Materiële schade door verwisselen van
netaansluitkabel en extra aansluitkabel
Het product kan door verwisselen van de
aansluitkabel zonder thermostaat en veilig-
heidstemperatuurbegrenzer worden gebruikt
en daardoor in brand raken.
▶
Let op de juiste aansluiting van netaan-
sluitkabel op de netaansluitklemmen en
de extra aansluitkabel op de extra aan-
sluitklem.
1.
Houd het aansluitschema aan (→ bijlage).
8
4
3
2
1
5
Netaansluitklem
6
Vermogenskeuzeklem
7
Voeding 1-circuit-/ 2-
circuit schakeling
2.
Installeer de netaansluitkabel (1) door de kabeldoor-
voer (3) en door de trekontlasting (4).
3.
Draai de schroeven van de trekontlasting (4) vast.
4.
Bevestig de netaansluitkabel (1) aan de netaansluit-
klem (5).
5.
Installeer de extra aansluitkabel (2) door de kabeldoor-
voer (3) en door de trekontlasting (4).
6.
Draai de schroeven van de trekontlasting (4) vast.
7.
Bevestig de extra aansluitkabel (2) aan de extra net-
aansluitklem (7).
Werkzaamheden achteraf
▶
Markeer permanent op het typeplaatje het aangesloten
vermogen.
6
Ingebruikname
1.
Open de koudwaterstopkraan.
2.
Open de warmwaterkranen.
3.
Wacht net zolang, tot er water uit de warmwaterkranen
stroomt.
4.
Sluit de warmwaterkranen.
5.
Controleer de foutloze werking van het overstortventiel,
door het overstortventiel te beluchten.
◁
Uit het overstortventiel moet water komen.
6.
Zorg ervoor dat de veiligheidstemperatuurbegrenzer is
ingeschakeld.
◁
De rode knop van de veiligheidstemperatuurbegren-
zer in de schakelkast moet zijn ingedrukt.
7.
Controleer alle buisverbindingen op lekkages.
8.
Schakel de zekeringen in.
9.
Schakel de installatie-automaat in.
10. Stel het configuratietype in. (→ Pagina 8)
11. Stel de bedrijfswijze in (→ gebruiksaanwijzing).
12. Controleer de productfunctie. (→ Pagina 9)
13. Stel de gewenste boilertemperatuur in.
Voorwaarde: Waterhardheid: > 3,57 mol/m³
–
Watertemperatuur: ≤ 50 ℃
6.1
Bediening
Functies, die ook de gebruiker mag instellen, vindt u in de
gebruiksaanwijzing van de warmwaterboiler.
6.2
Configuratietype instellen
Aanwijzing
In de leveringstoestand zijn het configuratietype 2-
circuit schakeling (Co2) en de bedrijfswijze Smart
ingesteld.
1.
Druk gedurende minimaal 3 seconden op de toets
om naar standby om te schakelen.
◁
Op het display knippert het symbool
2.
Druk tegelijkertijd op de toetsen
minimaal 10 seconden.
3.
Stel me de toetsen
installatie gekozen configuratietype vraagschakeling
(Co0), 1-circuitschakeling (Co1) of 2-circuit schakeling
(Co2) in.
Installatie- en onderhoudshandleiding eloSTOR exclusive 0020293590_00
.
en
gedurende
en
het bij de elektrische