8.3
Maximaal verwarmingsvermogen instellen
Het maximale verwarmingsvermogen van het product is in
de fabriek op de automatische modus ingesteld. Als u toch
een vast maximaal verwarmingsvermogen wilt instellen, kunt
u onder d.00 een waarde definiëren die overeenkomt met
het productvermogen in kW.
8.4
Onderhoudsinterval instellen
Als u het onderhoudsinterval instelt, dan verschijnt na een
instelbaar aantal branderbedrijfsuren de melding op het
display dat het product onderhouden moet worden, samen
met het onderhoudssymbool
▶
Stel de bedrijfsuren tot aan het volgende onderhoud via
de diagnosecode d.84 in (aantal bedrijfsuren = indicatie-
waarde x 10). Richtwaarden vindt u in de volgende tabel.
Richtwaarden van de bran-
derbedrijfsuren tot aan de
volgende inspectie en het
Warmte-
Aantal
volgende onderhoud in een
vraag
personen
gemiddelde bedrijfstijd van
een jaar (afhankelijk van het
type installatie)
1 ‑ 2
1.050 h
5,0 kW
2 ‑ 3
1.150 h
1 ‑ 2
1.500 h
10,0 kW
2 ‑ 3
1.600 h
2 ‑ 3
1.800 h
15,0 kW
3 ‑ 4
1.900 h
3 ‑ 4
2.600 h
20,0 kW
4 ‑ 5
2.700 h
3 ‑ 4
2.800 h
25,0 kW
4 ‑ 6
2.900 h
3 ‑ 4
3.000 h
> 27,0 kW
4 ‑ 6
3.000 h
De opgegeven waarden komen overeen met een gemid-
delde gebruikstijd van één jaar.
Als u geen getalwaarde, maar het symbool „– – –" instelt,
dan is de functie niet actief.
Aanwijzing
Na het verstrijken van de ingestelde bedrijfsuren
moet u het onderhoudsinterval opnieuw instellen.
8.5
Pompvermogen instellen
Geldigheid: VC 256/7-2 (E-BE)
OF VCW 226/7-2 (E-BE)
OF VCW 286/7-2 (E-BE)
OF VC 186/7-2 (E-BE)
Het product is met een toerentalgeregelde hoogefficiënte
pomp uitgerust die zich automatisch aan de hydraulische
omstandigheden van de CV-installatie aanpast.
Als u in de CV-installatie een open verdeler geïnstalleerd
hebt, dan raden we u aan om de toerentalregeling uit te
schakelen en het pompvermogen op een vaste waarde in
te stellen.
0020231688_02 ecoTEC pure Installatie- en onderhoudshandleiding
.
Aanpassing aan de installatie 8
▶
Wijzig evt. de instelling van het van de modus afhanke-
lijke pomptoerental onder de diagnosecode d.14.
Diagnosecodes - overzicht (→ Pagina 34)
Restopvoerhoogte van de pomp
Pompkarakteristiek
B
1
2
3
40
35
30
25
20
15
10
5
0
0
500
1
PWM 65 %
2
PWM 73 %
3
PWM 80 %
4
PWM 88 %
5
PWM 95 ... 100 %
8.6
Bypass instellen
Opgelet!
Kans op materiële schade door verkeerde
instelling van de hoogefficiënte pomp
Als de druk bij de overstroomklep verhoogd
wordt (naar rechts draaien), kan bij een inge-
steld pompvermogen van minder dan 100%
een foute werking ontstaan.
▶
Zet in dit geval het pompvermogen via
diagnosecode d.14 op 5 = 100%.
▶
Demonteer de voormantel. (→ Pagina 10)
1
▶
Regel de druk met de instelschroef (1).
Druk
Stand van de
in MPa
instelschroef
(mbar)
Rechtse aan-
slag (helemaal
0,035
naar onderen ge-
(350)
draaid)
4
5
6
7
A
1000
1300
6
Verzadiging 25 kPa
7
Verzadiging 17 kPa
A
Doorstroming in het
circuit (l/h)
B
Beschikbare druk (kPa)
Opmerking/toepassing
Als de radiatoren bij fa-
brieksinstelling niet vol-
doende warm worden. In dit
geval moet u de pomp op
max. stand zetten.
23