WERKING VAN DE BLAZER
LET OP
• DRAAG ALTIJD EEN BESCHERMBRIL EN EEN
STOFMASKER. (LEES DE VEILIGHEIDSVOOR-
SCHRIFTEN AANDACHTIG.)
• RICHT DE PIJP VAN DE BLAZER NOOIT OP PER-
SONEN OF DIEREN.
OPMERKING
Alvorens de blazer te starten, dient u na te gaan of de
gaskabel tussen het elleboogstuk en het frame loopt en
over de bovenkant van het soepele pijpstuk.
1. Gebruik een laag toerental om bladeren weg te bla-
zen van een gazon of een bloemperk.
2. Een hoger toerental kan nodig zijn om gras en blade-
ren van trottoirs, terrassen en paden af te blazen.
3. Gebruik het maximale toerental om grind, vuil,
sneeuw of flessen weg te blazen van straten of par-
keerplaatsen.
VERMINDER HET RISICO VAN
ONGEVALLEN
• Controleer de windrichting alvorens de machine te
starten. Vermijd het blazen in de richting van open
deuren en ramen, auto's, dieren of kinderen en, in het
algemeen, alles wat hinder kan ondervinden van een
stofwolk of rondvliegende bladeren en afval.
• Gebruik het volledige pijpverlengstuk zodat de lucht-
stroom zich dicht bij de grond bevindt. Op die manier is
het werk doeltreffender en wordt er minder stof opge-
waaid.
GEVAAR
Elleboogstuk
OPMERKING
Gebruik geen hoger toerental dan nodig is voor de uit te
voeren taak. Denk eraan dat de machine meer lawaai
maakt naarmate het toerental toeneemt. Beperk het
opwaaien van stof door een laag toerental te gebruiken
en door het weg te blazen afval indien nodig te bevoch-
tigen.
Wees redelijk en gedraag u als een goede buur: houd
uw vuil op uw eigen terrein!
• In een stoffige omgeving is het raadzaam de grond nat
te maken alvorens te blazen.
• Ruim alles op na het werk. Blaas geen vuil op het ter-
rein van uw buren. Verzamel al het afval en werp het in
een vuilnisbak.
13
Gaskabel