5.9 Aanvullende instructies
!Tip
Het gasregelblok is beter bereikbaar als de mantel is verwijderd.
5.9.1 Plaatsen toestel
•
De temperatuur van de wand achter het toestel kan oplopen tot 60°C. Met de keuze van de wand en
!Let op
wandbekleding dient u hier rekening mee te houden.
•
Er moet minimaal 100 mm vrije ruimte onder het toestel zitten.
•
Aan weerszijde en boven het toestel moet minimaal 500 mm ruimte gehouden worden (zie Bijlage 3, Afb. 2.).
Houd bij het plaatsen van het toestel rekening met de volgende aspecten:
Ø
Bevestig de muurplaat (B) stevig, met vier bouten aan een solide onbranbare wand(zie Bijlage 3, Afb. 5A);
De muurplaat (B) moet waterpas hangen.
!Let op
Ø
Hang het toestel (T) voorzichtig aan de muurplaat (B) (zie Bijlage 3, Afb. 6).
5.9.2 Gasaansluiting
Ø
Zorg voor een gas aansluiting (G3/8") op de juiste locatie (zie Bijlage 3, Afb. 5B, 5C);
Gebruik voor G20/G25/G25.3 Afb. 5B en voor G31 Afb. 5C.
!Let op
Ø
Zorg dat er geen vuil in de gasleidingen en aansluitingen zit;
•
Sluit de gasleiding met gaskraan aan;
•
Ontlucht de gasleiding;
5.9.3 Plaatsen ontvanger
Het toestel is uitgerust met een elektronische ontsteking via de afstandsbediening. De ontvanger dient in het
toestel te worden geplaatst. Ga hierbij als volgt te werk:
Ø
Leg de ontvanger in het ontvangerbakje (zie Bijlage 3, Afb. 7);
Ø
Sluit de ontvanger op het toestel aan volgens de instructies in paragraaf 6.1;
5.10 Ruit
•
Voorkom beschadiging bij het verwijderen/plaatsen van de ruit;
!Let op
•
Vermijd/verwijder vingerafdrukken op de ruit, omdat deze inbranden.
5.10.1 Verwijderen ruit
Voor het verwijderen van de ruit volgt u onderstaande stappen:
Ø
Verwijder de mantel als aangegeven in paragraaf 5.13;
Ø
Draai de 4 parkers van de klemstrip helemaal uit en verwijder de klemstrip (zie Bijlage 3, Afb. 8);
Houd de ruit tegen om te voorkomen dat deze eruit valt;
!Let op
Ø
Verwijder de ruit nu voorzichtig, door de bovenzijde iets naar voren te kantellen en de ruit eruit te tillen
(zie Bijlage 3, Afb. 9);
Zorg tijdens het uitnemen ervoor dat het afdichtingsband aan de randen van de ruit niet beschadigt wordt.
!Let op
5.10.2 Plaatsen ruit
Het plaatsen van de ruit gaat in omgekeerde volgorde van het verwijderen zoals hierboven is beschreven.
•
Vermijd/verwijder vingerafdrukken op de ruit, omdat deze inbranden.
!Let op
•
Draai de boutjes en moertjes niet te vast ter voorkoming van afbreken en/of doldraaien: vast=vast;
•
Controleer of het afdichtingsband netjes rondom de rand van de ruit zit.
Neem bij het terugplaatsen van de ruit de volgende aanwijzingen in acht:
Ø
Schuif de ruit langzaam omlaag terug op zijn plaats en laat de ruit rusten op de onderste strip;
Ø
Zorg ervoor dat de ruit precies in het midden van het toestel wordt geplaatst en netjes aansluit op de zijruiten.
•
Blijf de ruit in het midden tegenhouden, zodat deze niet terugvalt.
!Let op
•
Plaats de ruit met het logo rechtsonder.
Zorg dat de voorruit volledig aansluit op de zijruit (er mag geen opening ontstaan tussen de zijruit en de voorruit).
!Let op
Indien de voor- en zijruit niet op elkaar aansluiten:
Ø
Draai de parkers en moeren van de klemstrippen van de zijruit enkele slagen los;
Ø
Schuif de zijruit strak tegen de voorruit aan;
Voorkom dat er afdichtingsband tussen de voor- en zijruit zit (waar de ruiten op elkaar aansluiten).
!Let op
Ø
Draai de parkers en moeren van de klemstippen vast.
12
I N S T A L LA T I E H A N D L E I D I N G