3.3
EcoManagement
Alleen actief wanneer de persoonlijke instelling "Ecomanagement" is ingescha-
keld.
Ecomanagement stelt informatie over het energie- en waterverbruik van
het apparaat ter beschikking en bevordert een duurzaam gebruik van
energie. Zolang geen programma loopt, kan de volgende verbruiksinfor-
matie worden opgevraagd:
▪ Energie- en waterverbruik van het laatste programma
▪ Totale energie- en waterverbruik
▪ Gemiddeld energie- en waterverbruik van de laatste 25 programma's
Tijdens de programmakeuze wordt aangegeven, hoeveel energie en water
het desbetreffende programma gaat verbruiken Na voltooiing van het pro-
gramma wordt het energie- en waterverbruik van het laatste programma
weergegeven.
De waarden kunnen variëren, afhankelijk van het programma, belading, extra
functies en persoonlijke instellingen.
4
Afwassen
4.1
Apparaat voorbereiden
Een toestel met warmtepomp moet na een verandering van plaats ca. 2 uur in de
gebruikspositie blijven staan voordat het bedrijfsklaar is.
▸ Verwijder grove en harde etensresten evenals vreemde voorwerpen (bijv. tandenstokers)
van het vaatwerk.
▸ Korven laden. Controleer na het inladen of de sproeiarmen vrij kunnen draaien.
4.2
Tips rondom de afwas
Algemeen
▪ Overlaad de vaatwerkkorven niet.
▪ Sterk ingebrande voedselresten vooraf inweken.
▪ Hol vaatwerk zoals kopjes, glazen, pannen, etc. moet met de opening naar beneden wor-
den geplaatst, zodat het water kan wegstromen.
▪ Zet glazen er zo in dat ze elkaar niet aanraken om beschadigd glas en watervlekken te ver-
mijden.
▪ Selecteer als vetfilters van afzuigkappen moeten worden gereinigd, het programma
gebruik de maximale hoeveelheid wasmiddel.
4 Afwassen
en
13