Opname-instellingen
Selecteer Stel in > Vastleggen.
Opnamemethode: Hiermee stelt u de opnamemethode in. De optie Automatisch legt punten met variabele
intervallen vast voor een optimale weergave van uw route. U kunt ook punten op specifieke tijd- of
afstandintervallen opnemen.
Interval: Hiermee stelt u de opnamefrequentie in. Bij frequenter vastleggen van punten ontstaat er een
gedetailleerdere route, maar raakt het opnamelog ook sneller vol.
Auto Pause: Hiermee stopt u het vastleggen van uw route wanneer u zich niet verplaatst.
Automatisch starten: Hiermee stelt u in dat het toestel automatisch een nieuwe opname start wanneer de
vorige opname eindigt.
Activiteittype: Hiermee stelt u het standaard activiteitentype voor het toestel in.
Geavanceerde instellingen: Hiermee kunt u extra opname-instellingen openen
instellingen, pagina
27).
Geavanceerde opname-instellingen
Selecteer Stel in > Vastleggen > Geavanceerde instellingen.
Uitvoerindeling: Hiermee stelt u in dat de opname wordt opgeslagen als FIT- of GPX/FIT-bestand op het toestel
(Bestandstypen, pagina
toegesneden op de Garmin Connect app en voor navigatie kan worden gebruikt. Met de optie FIT en GPX
wordt uw activiteit vastgelegd als een traditioneel spoor dat op de kaart kan worden bekeken en kan worden
gebruikt voor navigatie, en als een activiteit met fitnessinformatie.
Auto opslaan: Hiermee stelt u een automatisch schema in voor het opslaan van uw opnamen. Zo kunt u uw
reizen organiseren en geheugenruimte besparen
Reis vastleggen: Hiermee kunt u de optie voor het vastleggen van reisgegevens instellen.
Herstel vastgelegde gegevens: Hiermee kunt u een optie voor het herstellen van gegevens instellen. Met de
optie Activiteit en reis worden de opname- en reisgegevens aan het eind van het actieve opname teruggezet
op nul. De optie Op verzoek vraagt u om de gegevens te selecteren die u wilt herstellen.
Instellingen voor automatisch opslaan
Selecteer Stel in > Vastleggen > Geavanceerde instellingen > Auto opslaan.
Indien vol: Slaat de huidige opname automatisch op en start een nieuwe wanneer de huidige opname bijna
20.000 spoorpunten is.
Dagelijks: Slaat de opname van de vorige dag automatisch op en start een nieuwe wanneer u het toestel op een
nieuwe dag inschakelt.
Wekelijks: Slaat de opname van de vorige week automatisch op en start een nieuwe wanneer u het toestel in
een nieuwe week inschakelt.
Automatisch: Slaat de huidige opname automatisch op op basis van de lengte en het aantal genomen
spoorpunten.
Nooit: Slaat de huidige opname nooit automatisch op. Wanneer de huidige opname bijna 20.000 spoorpunten
nadert, filtert het toestel het actieve spoor om overbodige punten te verwijderen terwijl de vorm en
geschiedenis van de opname behouden blijven. Ongefilterde punten worden opgeslagen in een tijdelijk GPX-
en FIT-bestand dat wordt opgeslagen of verwijderd wanneer de opname stopt.
OPMERKING: Bij het importeren van FIT-activiteiten of GPX-tracks met meer dan 20.000 spoorpunten, filtert
het toestel de lijn zodat deze in het toestelgeheugen past en de prestaties van de kaarttekening verbetert,
terwijl de vorm en geschiedenis van de opname behouden blijven. De FIT- en GPX-bestanden behouden al
hun oorspronkelijke spoorpunten.
Navigatie
59). Met de optie FIT wordt uw activiteit vastgelegd met fitnessinformatie die is
(Instellingen voor automatisch opslaan, pagina
(Geavanceerde opname-
27).
27