5.11
Toestel uitschakelen
▸ Sensortoets
aantippen.
– Er weerklinkt een geluidssignaal.
– Een lopende bedrijfsmodus of toepassing wordt beëindigd; als timers of verlichting
van de kookruimte zijn ingeschakeld, blijven ze actief.
– Op het display staat «
– Indien de kernthermometer is aangebracht, wordt de kerntemperatuur weergege-
ven.
– Na alle modi met stoom staat er op het display: «Toestel wordt leeggemaakt. Wa-
terreservoir niet verwijderen.»
▸ Sensortoets
nogmaals aantippen.
– Alle sensortoetsen worden donker.
– Alle functies worden beëindigd en uitgeschakeld.
Of, bij bedrijfseinde:
▸ Optie
op het display selecteren.
– Er weerklinkt een geluidssignaal.
– Een lopende bedrijfsmodus of toepassing wordt beëindigd; als timers of verlichting
van de kookruimte zijn ingeschakeld, blijven ze actief.
– Op het display staat: «
– Indien de kernthermometer is aangebracht, wordt de kerntemperatuur weergege-
ven.
▸ Sensortoets
aantippen.
– Alle sensortoetsen worden donker.
– Alle functies worden beëindigd en uitgeschakeld.
Het toestel is uitgeschakeld als er geen sensortoetsen meer branden en het dis-
play donker is.
De koelingsventilator kan verder draaien.
5.12
Waterreservoir leegmaken
Verbrandingsgevaar!
Het water in het waterreservoir kan heet zijn. Indien op het display staat: «Waterre-
servoir niet verwijderen», is de temperatuur van het resterende water te hoog. Ver-
wijder het waterreservoir niet!
Om veiligheidsredenen wordt het resterende water pas afgepompt wanneer het tot
onder een bepaalde temperatuur afgekoeld is.
Het resterende water wordt na het uitschakelen van het toestel teruggepompt naar het
waterreservoir.
Op het display staat: «Water wordt weggepompt». Na het terug pompen van het water:
▸ Verwijder, ledig en droog het waterreservoir.
▸ Schuif het waterreservoir er weer in.
Het is altijd mogelijk een modus opnieuw te starten.
restwarmte».
restwarmte».
5 Bediening
21