37
nl | Centrales in het netwerk
6.5
Blokkerende en beperkte verbinding
Alle functies kunnen worden gebruikt via een blokkerende verbinding, behalve de volgende
functies:
–
–
Dit pictogram wordt weergegeven op die centrales in het netwerk, in dit voorbeeld centrale B,
waarmee een andere centrale, in dit geval centrale A, een geblokkeerde verbinding heeft.
Een centrale B, waar centrale A een blokkerende verbinding mee heeft, kan niet worden
bediend vanaf een andere centrale C.
Een centrale C kan echter wel een beperkte verbinding tot stand brengen met een centrale B
die al wordt bediend vanaf een centrale A.
Als de verbinding beperkt is, kan een centrale alleen worden bediend in alleen-lezen-modus.
Alle dialoogvensters zijn toegankelijk in alleen-lezen-modus en het historielogboek kan worden
uitgelezen.
Dit pictogram wordt weergegeven als er een beperkte verbinding is met een centrale in het
netwerk.
1.
2.
3.
4.
F.01U.076.978 | 5.0 | 2009.06
LED-test, toetstest. displaytest en touchscreen-test
Touchscreen instellen (kalibratie)
Druk op de toets "Netwerk" om een beperkte verbinding te veranderen in een
blokkerende verbinding.
Beantwoord de controlevraag over het verbreken van de verbinding met "Nee".
Selecteer de gewenste geblokkeerde centrales uit de lijst.
Selecteer OK en bevestig de volgende vraag met OK.
De blokkering van de centrale wordt opgeheven en er wordt een beperkte verbinding tot
stand gebracht.
Gebruikershandleiding
Paneelcontroller
Bosch Sicherheitssysteme GmbH