Bouwlift
11.1 Neerzetinrichting
Bij reparatie- en onderhoudswerkzaamheden binnen de omwering op de grond moeten ter
bescherming van het reparatiepersoneel de neerzetinrichtingen aan beide grondmasten
geactiveerd worden. De neerzetinrichtingen verhinderen dat de liftkooi daalt onder de
veiligheidshoogte van ca. 2 m.
Liftkooi over de neerzetinrichtingen naar boven bewegen.
Hoofdschakelaar aan de schakelkast bij de kabelbox uitschakelen en met een hangslot
beveiligen tegen inschakelen.
Neerzetinrichting rechts
Om de rechter neerzetinrichting te activeren moet de afdekking (1)
aan de kabelbox weggezwenkt worden.
Afdekking naar boven schuiven en dan opzij wegzwenken.
-
AANWIJZING
Naar de neerzethefboom moet door de kabelbox worden gegrepen.
Neerzethefboom (2) omhoog zwenken en
optillen om hem te ontgrendelen. Dan de
neerzetinrichting naar de kant van de liftkooi
van de mast schuiven.
Na de werkzaamheden binnen de omwering
de neerzetinrichting (1) weer uittrekken en de
neerzethefboom naar beneden zwenken.
Montage- en bedieningshandleiding
Afb. 50 Neerzetinrichting rechts
Pagina 85 van 100
2
BL 111 NL Uitgave 01.2010
1
2