10
|
Opsporen en verhelpen van storingen
10.2 Symptomen die geen storingen van het systeem zijn
10.2.1 Symptoom: Het systeem werkt niet
10.2.2 Symptoom: Ventileren is mogelijk, maar koelen en verwarmen werken niet
10.2.3 Symptoom: De ventilatorsnelheid stemt niet overeen met de instelling
10.2.4 Symptoom: De luchtstroomrichting stemt niet overeen met de instelling
10.2.5 Symptoom: Uit het toestel komt witte rook (binnenunit)
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
46
Hoofdcode
Storing automatische adressering (inconsistentie)
(a)
De foutcode wordt alleen weergegeven op de gebruikersinterface van de binnenunit met
de fout.
De volgende symptomen zijn GEEN storingen van het systeem:
▪
De airconditioner start niet meteen nadat u op de AAN/UIT-knop van de
gebruikersinterface drukt. Als het bedrijfslampje brandt, is de toestand van het
systeem normaal. Om overbelasting van de compressormotor te voorkomen,
start de airconditioner pas 5 minuten nadat hij werd uitgeschakeld. Deze
vertraging wordt ook toegepast na gebruik van de keuzeknop voor de
bedrijfsstand.
▪
Als "Onder gecentraliseerde besturing" op de gebruikersinterface staat, knippert
het display enkele seconden wanneer u op de werkingstoets drukt. Het
knipperende display betekent dat de gebruikersinterface niet kan worden
gebruikt.
▪
Het systeem start niet meteen nadat de voeding is ingeschakeld. Wacht één
minuut tot de microcomputer bedrijfsklaar is.
Onmiddellijk na het inschakelen. De microcomputer is nog aan het opstarten en
voert een communicatiecontrole uit met alle binnenunits. Wacht 12 minuten
(maximum) tot de microcomputer klaar is.
De ventilatorsnelheid verandert niet wanneer u op de instelknop voor de
ventilatorsnelheid drukt. Wanneer de kamertemperatuur bij het verwarmen de
ingestelde temperatuur bereikt, valt de buitenunit stil en gaat de ventilator van de
binnenunit over naar fluistersnelheid. Dit voorkomt dat koude lucht rechtstreeks
op de personen in de kamer wordt geblazen. De ventilatorsnelheid verandert niet
wanneer u op de knop drukt, zelfs niet wanneer een andere binnenunit verwarmt.
De luchtstroomrichting stemt niet overeen met het display van de
gebruikersinterface. De luchtstroomrichting zwenkt niet. Dit komt doordat de unit
door de microcomputer wordt bestuurd.
▪
Wanneer het vochtgehalte bij het koelen hoog is. Als de binnenkant van een
binnenunit extreem vuil is, zal de temperatuurverdeling in de kamer ongelijk zijn.
Daarom is het nodig om de binnenkant van de binnenunit schoon te maken.
Vraag aan uw dealer meer informatie over het schoonmaken van de unit. Dit is
het werk van een erkend servicetechnicus.
Inhoud
REMA5+REYA8~20A7Y1B
VRV 5 warmteterugwinning
4P687640-1 – 2022.07