Menu basisprogramma
SD-KAART
Opslag interval
SD-KAART
Alarmen opslaan
52
is geactiveerd. Een vinkje geeft aan dat de functie actief is. Een
minteken geeft aan dat de functie is uitgeschakeld.
Voorbeeld voor een in Excel geïmporteerd CSV-bestand:
Opslaginterval
In dit menu kunt u instellen hoe vaak meetwaarden moeten worden
opgeslagen (001 ... 999 min.).
➢
Selecteer in het menu
BASISPROGRAMMA ⇒ SD-kaart
60min
⇒ Opslag interval
➢ Voer het opslaginterval in en bevestig met OK.
Alarmen opslaan
Het opslaan van alarmen/storingsmeldingen op de SD-kaart wordt
geactiveerd wanneer u in het menu
BASISPROGRAMMA ⇒ SD-kaart ⇒ Alarmen opslaan
activeert. Een vinkje geeft aan dat de functie actief is. Een minteken
✓
geeft aan dat de functie is uitgeschakeld.
Voorbeeld voor een in Excel geïmporteerd CSV-bestand:
Buffer indien de SD-kaart niet aanwezig is
Zelfs als er tijdelijk geen SD-kaart is geplaatst, gaan er geen
meetwaarden en storingen verloren. De laatste niet weggeschreven
storingen en meetwaarden worden op een interne buffer (ringbuffer)
opgeslagen.
Zodra een SD-kaart wordt geplaatst, worden de gegevens uit de
buffer overgezet.
De capaciteit van deze buffer bedraagt 50 storingen en 100
meetwaarden. Daarna worden de oudste waarden overschreven.