Schade aan gemonteerde onderdelen door hoge temperaturen
Tijdens het bedrijf worden de machineonderdelen heet. Aanbouwdelen bij de klant,
bijvoorbeeld leidingen uit niet hittebestendig materiaal, kunnen door hoge temperaturen
worden beschadigd.
• Temperatuurgevoelige onderdelen mogen niet tegen of op machine-aanbouwdelen worden
bevestigd.
• Gebruik enkel hittebestendige delen. De aansluitleidingen, kabel - en leidinginvoerstukken
moeten voor de omgevingstemperatuur geschikt zijn.
5.3.2
Isolatieweerstand
5.3.2.1
Isolatieweerstand en polarisatieindex
Door meting van de isolatieweerstand en van de polarisatieindex (PI) kunt u informatie
verkrijgen over de toestand van de machine. Controleer daarom op de volgende tijdstippen de
isolatieweerstand en de polarisatieindex:
• Voordat de machine de eerste keer gestart wordt
• Na langdurige opslag of een periode van stilstand
• In het kader van onderhoudswerkzaamheden
Met een meting als hierboven omschreven verkrijgt u de volgende informatie over de isolatie
van de wikkelingen:
• Is de wikkelkopisolatie vervuild met geleidend materiaal?
• Heeft de wikkelkopisolatie vocht opgenomen?
Met deze informatie kunt u beslissen voor inbedrijfstelling van de machine of over eventuele
maatregelen zoals reiniging of drogen van de wikkeling.
• Kan de machine in bedrijf worden genomen?
• Moeten er reinigings- of drogingsmaatregelen worden genomen?
Gedetailleerde informatie over controle van de grenswaarden kunt u hier vinden:
"Isolatieweerstand en polarisatieindex controleren" (Pagina 50)
1FZ ashoogte 280
Bedieningshandleiding, 02/2022, A5E51698715A
Montage
5.3 Montage voorbereiden
49